69 Dit korte overzicht zou niet volledig zijn indien er niet op werd gewe zen, dat de werkkring van den grondrcgistratie-ambtenaar meer inhoudt dan die van een ambtenaar van de in en overschrijving van Inlandsche bezit rechten, daar deze tevens omvat een soort Inlandsch notariaat voor grond zaken. Het behoort tot zijn taak om zoo noodig hulp te verleenen bij het op maken der obligatoire bedingen, hij moet partijen de gevolgen van de rechts handeling duidelijk voorhouden; worden notarieele akten overgelegd, dan zal hij de strekking daarvan aan partijen verklaren. Zoo wordt dikwijls voorkomen dat een argeloos bezitter door minder scrupuleuze practijken zijn waardevol grondbezit voor een appel en een ei wordt ontfutseld. Tenslotte beijvert hij zich om de beteekenis van het instituut aan partijen duidelijk te tnaken. Welke bewijskracht wordt nu door den rechter aan de registers toege kend. Te voren werd reeds uiteengezet dat bij een niet volkomen positief stelsel de grondboeken den als rechthebbende ingeschrevene geen absoluten waarborg tegen acties van derden bieden. De akte bewijst wel dat de levering op authentieke wijze heeft plaats gehad en zij bewijst verder de obligatoire overeenkomst. Dit en de overige waarborgen tegen onrechtmatige overschrijvingen leveren toch wel een zeer sterk rechtsvermoeden op, dat de toestand welke de grondregisters aange ven rechtmatig is. De praktijk bij den Landraad te Jogjakarta is dan ook dat de partij, die zich op het grondregister beroept, van verderen bewijs last is bevrijd, en dat de andere partij tegenbewijs heeft te leveren. Het I n 1 a n d s c li k a (laster. Een eerste vereischtc voor een goede grondrechtboekhouding is dat het geregistreerde overeenkomt met de werkelijkheid, vandaar dat zij gebaseerd moet zijn op een goede gronduitmeting. De oprichting van het grondregis- tratiekantoor werd dan ook in juni 1927 gevolgd door de instelling van een Inlandsch Kadaster. Evenals het Europeesch Kadaster bestaan de werkzaamheden van het Inlandsch Kadaster uit het bijhouden van een kadastrale boekhouding, liet verrichten van meetwerkzaamheden, liet opmaken van meetbrieven en het verstrekken van inlichtingen aan het publiek. De kadastrale boekhouding wordt bijgehouden aan de hand van de op gaven van mutaties, welke het grondregistratickantoor maandelijks ver strekt. In rijksblad 1926 No. 13 was bepaald, dat geen pcrceelen door het grond- registratiekantoor mogen worden overgeschreven, alvorens deze zijn verze kerd en opgemeten. Een meetbrief was voor zulk een overschrijving niet vereischt. Stelden belanghebbenden niettemin prijs op een meetbrief dan konden ze die tegen betaling van vergoeding van 1.50 bekomen. Een en ander leidde tot misstanden. Zoo kon het voorkomen dat een perceel in een verloop van eenige jaren 19 keer moest worden opgemeten, 18 maal tengevolge van splitsingen en eenmaal wegens samenvoeging met een vroeger afgespitst perceelsgedeelte. De bezitsgerechtigde vond het niet

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1940 | | pagina 80