Het brengt de Gemeenten iets nieuws en de materie is netelig. „Moge de behandeling van dit actueele onderwerp op dit Congres leiden tot verheldering van het inzicht over deze materie, waardoor de oplossing wordt vergemakkelijkt/' aldus spreker. Ook al mocht het resultaat zijn, dat niet de Stadsgemeente, maar het Land de werk zaamheden ter hand zal nemen, dan zal de bespreking van het onder werp toch mede van voordeel zijn voor het Kadaster, welke dienst zich in meerdere opzichten zal hebben om te schakelen, om te voldoen aan de behoeften en de mogelijkheden in de primitieve ïnlandsche huishouding, waar deze materie nog berust op feodale gewoonten. Spreker wil zich van verdere beschouwingen onthouden, doch verwijst naar zijn prae-advies en de aan het einde daarvan verzamelde conclusies. Om te laten zien, welke de practische resultaten van een Gemeen telijken meetdienst kunnen zijn heeft spreker enkele Magelangsche kaarten in de zaal opgehangen, waarnaar belangstellenden worden verwezen. Als eerste Debater treedt op de heer Mr. C. G. van Huls, land meter bij het kadaster. Spreker heeft zijn inzichten betreffende het onderwerp reeds geformuleerd in een artikel, dat reeds gepubliceerd is in het juist verschenen nummer van Locale Techniek" 1), welk artikel door spreker in extenso wordt voorgelezen Het gaat hier om een oud probleem, dat reeds vóór de Agrarische wet in 1870 tot stand kwam, het onderwerp van talrijke discussies heeft uitgemaakt. Het algemeene vraagstuk wasis het mogelijk te komen tot een algeheele kadastreering, d.i. registratie der inlandsche gronden en is het mogelijk deze vraag werd echter meestal niet gesteld, doch behoeft evenzeer beantwoordingdie registratie zoo danig bij te houden, dat op elk willekeurig moment de werkelijke rechtstoestand van den grond daaruit blijkt. In de Volksraadszittingen van 1938 en 1939 nog werd hoofdzakelijk door inheemsche leden aan gedrongen op de instellingen van een dergelijk kadaster. De regeering zegde toen proefneming binnen het gebied van enkele stadsgemeenten toe, juist in verband met het feit, dat van gemeentelijke zijde reeds eenige malen gewezen was op de wenschelijkheid te beschikken over een behoorlijk overzicht van de inlandsche gronden gelegen binnen deze autonome gemeenschappen. 1) Locale Techniek 1940 No. 2. Red.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1940 | | pagina 52