144
Het is niet voor niets, dat de landmeter vier jaar in Delft moet
studeeren en na aankomst in Indië nog eenige jaren noodig heeft
om het Indische Kadaster te leeren kennen van de juridische en de
administratieve zijde.
Elke cent, die onbevoegden spendeeren aan een Kadaster is vol
komen weggegooid en tegenover de meening van den prae-adviseur,
dat iets beter dan niets is, wil ik de woorden van de Regeering in
den Volksraad aanhalen„Een Kadaster moet óf goed óf niet in
gevoerd worden."
De huidige taakomschrijving voor den Kadastralen dienst laat
werkzaamheden op dit gebied niet toe zoodat een aanvulling daarvan
noodzakelijk zal zijn.
Of dit in korten tijd bereikt zal kunnen worden, hangt niet in
de eerste plaats van dezen dienst af en de noodige voorstellen daartoe
zullen langs een anderen weg bij de Regeering moeten worden voor
gebracht.
Ik zal niet vooruitloopen op een beslissing, die eventueel zal
worden genomen, doch ik wil er toch op wijzen dat alleen een uit
gebreide samenwerking tusschen de verschillende opname en admi
nistratieve instanties en leiding door de meest deskundigen op dit
gebied tot de gewenschte resultaten kunnen voeren.
Uiteraard is het voor den Kadastralen dienst niet mogelijk om
met het thans beschikbare personeel binnen korten tijd op groote
schaal Inlandsche gronden te gaan kadastreeren. Ware dit wel het
geval dan zou deze dienst wel zeer oneconomisch zijn opgezet en zou
er zooveel personeel beschikbaar zijn dat klachten over het lang uit
blijven van meetbrieven niet meer zouden kunnen voorkomen en dit
is helaas nog niet over de heele linie het geval.
Aan werkzaamheid door den Kadastralen dienst voor registree
ring en kaarteering van Inlandsche gronden zijn uiteraard meerdere
uitgaven verbonden en in hoeverre de Regeering bereid is fondsen
hiervoor beschikbaar te stellen staat momenteel niet vast. We komen
daarbij op het gebied van de financieele verhouding tusschen de Cen
trale overheid en de Locale ressorten en van deze nevelige materie
weet ik niet zoo heel veel.
Het staat voor mij echter als een paal boven water dat uitvoering
onder éénhoofdige leiding van al het belangrijke kaarteeringswerk in
de Gemeenten de goedkoopste oplossing is.
Het zij aan de organisatoren op decentralisatiegebied om een
juiste verhouding te scheppen.