I 200 zijn besteed, niet aan belanghebbenden in rekening worden gebracht, tenzij naar het oordeel van den betrokken Inspecteur van het Kadaster het aan hen te wijten is, dat de betrokken ambtenaren van het Kadas ter zich meer dan éénmaal naar de op te meten perceelen hebben moeten begeven, in welk geval voor de tweede en volgende reizen dooi de belanghebbenden een vergoeding zal moeten worden voldaan ten bedrage van hetgeen den Lande volgens ter zake geldige regelen door het personeel in rekening zou mogen worden gebracht. Dit voorschrift, hetwelk reeds bij de ordonnantie van 1912 werd ingevoerd 151heeft uiteraard ten doel om de meetbrief aanvragers verantwoordelijk te stellen voor de financieele gevolgen van door hen begane nalatigheid. Het is duidelijk, dat de te ontwerpen ordonnantie ook zoodanig voor schrift zal moeten bevatten. 123. Van de zijde van het publiek wordt meermalen om spoed- afdoening of voorrangverleening van de aangevraagde verrichtingen verzocht 152). Zoodanige spoedafdoening of voorrangverleening kan gepaard gaan met verhoogde uitgaven voor het Land 153), en het is 151) In de ordonnantie van 1881 werd slechts bepaald, dat de reis- en ver blijfkosten niet aan belanghebbende in rekening worden gebracht. 152) Vanzelfsprekend wordt tot spoedafdoening of voorrangverleening slechts overgegaan, voorzoover het dienstbelang zulks veroorlooft en de belangen van anderen daarmede niet worden geschaad. 153) I )c afdoening van het terrein werk wordt zoo economisch mogelijk ge regeld. Doorgaans wordt een meting in een bepaalde landstreek eerst aangevangen, zoodra er m.b.t. dat gebied een voldoend aantal aan vragen is binnengekomen. Hierdoor worden de reis- en verblijfkosten en verdere uitgaven van elk meetstuk tot een lager bedrag terug gebracht. Bij spoedmeting of voorrangverleening kan het gebeuren, dat ge noemde onkosten enkel en alleen op de betreffende verrichting druk ken, en het Land dus meer moet besteden, dan normaliter noodzake lijk zou zijn. Voorts kan spoedafdoening van landmeterskennissen en certificaten of andere documenten het noodig maken, dat aan het daarmede belaste personeel overwerkgelden worden uitbetaald door het Land. Met dergelijke extra-uitgaven is in het retributiesysteem geen rekening gehouden, zoodat zij volledig door belanghebebenden moeten worden vergoed. Een eventueele „spoedtoeslvg" op het tarief moet vooral niet te laag worden gesteld. Door deze spoedtoeslag zullen belanghebben den zich niet gauw aan nalatigheid in zake het tijdig aanvragen van benoodigde documenten schuldig maken, en wordt bovendien voor komen, dat er misbruik wordt gemaakt van de soepele houding, die het Kadaster doorgaans inneemt jegens het publiek.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor het Kadaster in Ned.-Indië | 1940 | | pagina 41