seerd hun invloed uitoefenen,zoodsfc mefciectt kan-worsen gezegd,
dat het kaarteeringswerk in den aanvang der opleving huiten-
gewoon slecht was.
De landen toonen de diverse typische fouten, die in de
Ptolemaeus-kaarteering waren ingeslopen en die alle in hun
oorzaak zouden moeten worden'nagespeurd.
Voor Nederland hebben wij die taak naar wij rneenen afdoende
vervuld en is gebleken, dat alle tot nu toe onbegrijpelijke
verteekeningen hun verklaring vinden in het raadplegen van
schijnbaar tegenstrijdige bronnen.
Het is dan ook volgens mijn bescheiden meening aan geen
twijfel onderhevig, of degene, die ditzelfde voor andere lan
den tracht te doen, zal ook daar de oplossing wel vinden.
Het is weer heelemaal geen toeval, dat de opleving in de
kartografie weer samenvalt met de opleving van de ontdekking!
tochten. Wij weten, dat bij het einde der 15e eeuw Amerika were
ontdekt, gevolgd door de ontdekking van den weg naar Indie.
Vrijwel onmiddellijk is de kartografie erbij om met havenkaa:
ten (z.g. Portolanen) de ontdekkingsreizigers ter zijde te
staan, dan wel de binnengebrachte gegevens om te zetten in
kaarten. De eerste opleving valt in Italië en Portugal waar -
nemen, onmiddellijk nagevolgd door vrijwel alle toenmaals lei
dende landen. En wat onmiddellijk gaat opvallen, dat is, dat
men gaat zoeken naar hetere methoden voor de projectie van
aarde tot plat vlak. Die projecties volgen elkaar snel op, 01
in Mercator een ontwerpen van een projectiesysteem te krijgen
die tot op heden gevolgd zou worden.
Dit alles wijst erop, dat de wetenschappelijker kaarteering
gaat baanbraken, blijkbaar als gevolg van een gevoelde behoef-
Niet weinig moet bij dit alles de ontdekking van de gravur
hebben bijgedragen en van de drukkerij, eveneens vallende in d
laatste helft der 15e eeuw» Immers het werd hu mogelijk om
kaarten, die vroeger geteekend en weer overgeteekend moesten
worden, in druk te vermenigvuldigen, wat aan gebruik en be
hoefte tegemoet kwam. Zoo zien wij het oorzakelijk verband tus
schen schijnbaar weinig met elkaar gemeen hebbende zaken.
De uitvinding der gravure als drukmethode (natuurlijk was
gravure bij de goudsmeden voor sierkunst al lang in zwang) we
in den eersten tijd vooral door de goud- en zilversmeden in
praktijk gebracht. Allengs evenwel maakte ook de kunstenaar
zich die graveerkunst meester en zoo zien wij dan ook allengs
hoe kunstenaars zich gaan uitleven in de kaartgravures.
Prachtige cartouches, symbolische afbeeldingen, opdrachte
enz.waardoor tal van kaarten gepromoveerd werden tot schil
derijen, die ook onze hedendaagsche oogen nog sterk hekoren.
Heel de weelde van de nu aanbrekende gulden tijden in Hol
land doet zich in het kaartwerk kennen. Met een waarlijk Hol-