14 autoriteiten te kunnen wenden. Onderscheid zal m0i0 moeten worden gemaakt tussen technicidie buiten hun civiel-technische kennis, ook over de nodige kennis van het landmeten en waterpassen moeten kunnen beschikken, b.v, technische ambtenaren bij gemeentelijke diensten» en personeel» dat zich uitsluitehd op landmeetkundig gebied beweegt (tekenaars en metende tekenaars van het Kadaster, landmeetkundigen bij de Rijkswaterstaat en sommige grote gemeenten)» Voor de opleiding van de eerste categorie zijn de M0T0S0'en aangewezen» voor de tweede categorie (die een betrekkelijk gering aantal personen omvat) heb ik indertijd (zie Huishoudelijk Orgaan van de Ver0voor K„en L0 van April 1938) de instelling bepleit van een opleiding tot landmeetkundig tekenaar aan de een of andere bestaande onderwijs-instelling Be opleiding van de tekenaars van het Kadaster is thans door deze dienst zelf op bevredigende wijze geregeld (al is de duur van één jaar van deze gecentraliseerde opleiding te kórt); die van de metende tekenaars vereist echter nog verbetering» Ook al zou de centrale opleiding voor tekenaar van het Kadaster tevens dienstbaar worden gemaakt voor de metende tekenaars» dan zou daarmede in de bestaande behoefte aan dergelijk personeel buiten het Kadaster nog niet zijn voorzien,, Een andere oplossing dan de door mij in 1938 voorgesteldezou kunnen zijn een zodanige uitbreiding van de Opleiding voor Teke naar, dat daar ook buitenstaanders» tegen betaling» opgeleid zou den kunnen worden. Hiertegen wordt wel aangevoerd: "een dergelijke figuur kent het Departement van Financiën niet", In alle beschei denheid zou ik hiertegen willen opponeren: is het dan onmogelijk, dat het Departement deze nieuwe figuur leert kennen? Een derde oplossing is de opleiding geheel vrij laten aan die onderwijsinstellingendie zich daarop willen werpen» gevolgd door een examen» in de geest als is voorgesteld in het rapport van de commissie-Fortuin (zie Tijdschrift voor K»en L0 1934 blz» 78), in te stellen door de Staat» of» indien dit voorlopig niet bereikbaar is» door de N0L0F0 Er bestaat buiten het Kadaster inderdaad behoefte aan land meetkundig onderlegd middelbaar personeel. Dienaangaande zijn belangrijke gegevens te vinden in bovenvermeld rapport» Het ware echter wenselijk» dat ook die leden van bij de N0L0F0 aangesloten verenigingendie hierover in de eerste plaats tot oordelen be voegd zijn» zich over deze behoefte uitlieten en hun zienswijze over de beste oplossing kenbaar maakten. Bij haar onderzoek zou de N0L0F0 ook enige aandacht moeten besteden aan het landmeetkundig gedeelte van sommige examenpro gramma's (boVc die van de examens van de Bond van Nederlandse Architecten)Daarin wordt veelal kennis verlangd van verouderde instrumenten, misschien omdat deze in sommige leerboeken worden behandeld? Of blijven deze leerboeken ze in ere houden, omdat ze

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1941 | | pagina 15