4
7. Kaarttekenen. Gegeven een voorbeeld met potloodkopie. In inkt
te zetten, te kleuren en verder af te werken volgens aanwij
zingen. De tekening moet worden opgevat als een netteplan.
Tijd 6 uur.
Hoofdelijk gedeelte:
1. Kopiëren. Tijd 1 uur.
2. Bijwerken. Tijd uur.
3. Rekenen. Td uur.
4o Voorschriften. Tijd 4 uur.
OPLOSSINGEN VAN DE BEREKENINGSVRAAGSTUKKEN.
Aan het verzoek van de Redactie, de oplossingen te geven van
de berekeningsvraagstukken,wil ik gaarne voldoen. Een algemene
opmerking moge voorafgaan.
De vraagstukken van de in de laatste jaren afgenomen examens
lijken moeilijk te zijn, zelfs wel te_ moeilijk. Ze zijn dit ook
inderdaad als men er onvoorbereid voor komt te staan. Men bedenke
echter, dat zij de afsluiting zijn van een opleiding, die er in
de eerste plaats op gericht is, alle berekeningswerk te mechani
seren en te systematiseren. Als een leerling voor bepaalde typen
van vraagstukken oplossingssystemen heeft geleerd, lost hij ze
dikwijls gemakkelijker op dan een in de wiskunde zelfs meer ont
wikkelde 9 die voor elk vraagstuk de oplossing nog moet zoeken.
Reeds enige malen heb ik ondervonden, dat knappe wiskundigen
juist die examenvraagstukken het moeilijkst vonden, die door de
candidaten het best werden opgelost!
Men beschouwe b.v. de vraagstukken 237 tot en met 240 op blz.
230 van mijn "Eenvoudige Landmeetkundige Berekeningen"die ont
leend zijn aan de examens van 1928, 1929 en 1931 (dus nog voor
dat ik er bemoeienis mede had). Nu ik de cursisten heb geleerd,
dergelijke opgaven als transformatievraagstukken te zien en vol
gens een vast schema op te lossen, zijn ze zeer gemakkelijk te
berekenen. In de jaren 1928-1931 waren het echter meetkundige
problemen, die naar mijn mening niet gemakkelijker wareh dan de
vraagstukken uit de laatste tijd, die grotendeels volgens bepaal
de systemen kunnen worden opgelost.
Een ander voorbeeld is de berekening van de coördinaten van
een snijpunt van twee rechten. Een moeilijk vraagstuk, wanneer
men er onvoorbereid voor komt te staan, maar zeer eenvoudig, als
men daarvoor de methode van Schulze (E.L.B.blz.249) heeft geleerd.
Bij een vorige gelegenheid heb ik al eens opgemerkt, dat de
rekenmachine tal van vraagstukken gemakkelijk heeft gemaakt, die
men vroeger wegens hun moeilijkheid of omslachtigheid geneigd
was uit de weg te gaan. Reeds in de eerste weken van de opleiding
leren de cursisten geheel algebraiseh met de machine te rekenen.