"5e Jaargang No. 2.
April 1942.
DE TOEPASSING VAN ART, 12 DER RUILVERKAVELINGSWET 1938
Wanneer^ na de berekening der schatting, ieders zuivere inbreng
in de ruilverkaveling vaststaats is daarmede tevens de totale grond
waarde van het blok bekend. Nieuwe plans worden dan aangelegd; daar
op wordt het geprojecteerde plan van wegen en waterlopen gekaarteerd
en op de voor de verkaveling overblijvende gronden, worden de schat-
tingsgrenzen opnieuw aangebracht en de waarde berekend. Deze blijkt
in de regel enige pereenten lager te zijn dan de oorspronkelijke
waardet als gevolg van de aanleg van de nieuwe wegen en waterlopen.*)
Gewoonte is, ieders vordering met dit percentage te verminderen,
want: "Ieder eigenaar heeft recht op het in eigendom, opstal, erf
pacht,. beklemming, vruchtgebruik, gebruik of bewoning verkrijgen
van de waarde in kavels, welke zo dicht mogelijk staat tot het ge
heel der waarde van alle kavels, als de waarde van zijn, in het
blok opgenomen, onroerende goederen tot het geheel der waarde van
alle opgenomen onroerende goederen." (Art« 12 der Wet)Volgens
lid 2 van dit artikel "wordt het verschil in waarde aan of door
den eigenaar in geld vergoed"m0a0w. bedraagt iemands bruto vorde
ring 100, is het aftrekpercentage voor wegen en waterlopen 3 en
krijgt hij grond terug ter waarde van 95P dan wordt hem 97
95 2 vergoed.
Het kan echter ook voorkomen, dat iemand geen prijs stelt op
toewijzing van kavels. In dat geval wordt hem uitbetaald zijn ge
hele zuivere vordering, in ons voorbeeld dus 97. Dit is naar mijn
mening onbillijk, immers hij moet dan offeren voor wegen en water
lopen waarvan hij niet profiteert.
Deze onbillijkheid komt steeds voor wanneer minder wordt toebe
deeld dan waarop men recht heeft, terwijl bij overbedeling bevoor
deeld wordt, daar men moet bijbetalen voor een aandeel, waarvoor
anderen reeds het percentsgewijze aandeel in de grondafstand hebben
geleverd
In de practijk is deze onbillijkheid nooit erg groot, want men
kan ten eerste zijn recht laten gelden op grond, ten tweede zijn
aandeel overdragen (verkopen) aan anderen (wat vaak gebeurt en dan
doorgaans tegen veel hogere bedragen dan waarvoor geschat is) en
ten derde kan men zijn aandeel verenigen met dat van eigenaren,,
die eveneens afzien van een kavel, en gezamenlijk een kavel laten
toebedelen en deze publiek doen verkopen.
In de ruilverkaveling "Bovenkerk" deed zich het tegenoverge
stelde geval voor. Er konden n.l. zoveel sloten gedempt worden,
dat de waarde, ondanks grondafstand voor nieuwe wegen en water
lopen, groter werd.
