2
den, dan ware het toe te juichen, dat vooraf of tegeii jkerti ,id
een ander belangrijk vraagstuk op dit gebied tot definitieve op
lossing werd gebracht.
Verschillende, soms niet parallel aan elkaar lopende, oplos
singen zijn in de loop der jaren beproefd. Juist om die reden
heeft het hier bedoelde vraagstuk, met name "het streven naar
uniformiteit"0 steeds grote betekenis voor de dienst.
De noodzakelijkheid, dat de toepassing van kadastraal tekenen
aan alle kantoren op uniforme wijze plaats heeft, wordt hierna
met een paar voorbeelden uit de practijk toegelicht.
Vooraf dient te worden opgemerkt, dat het slechts de bedoeling
is -practische kwesties aangaande het kadastraal tekenen te bespre
ken. Niet altijd kunnen daarbij de min of meer mechanische ver
richtingen los gemaakt worden van het bij die werkzaamheden ver
eiste inzicht en overleg, omdat bij het tekenen theorie en prac
tijk elkaar ontmoeten.
Het streven naar uniformiteit bli
kadastrale tekenarbeid in het verleden.
De meesten onzer kennen de resultaten van oude hermetingen,
kort na 1870 hier te lande uitgevoerd, voor zover die resultaten
in de gev/one bijhouding blijken uit de kaarten, verkregen door
die hermetingen. Meestal was in dat tijdperk de kadastrering zo
danig uitgevoerd, dat de bladgrenzen van de plans gevormd werden
door denkbeeldige lijnen: de buitenste ruitlijnen. Gevolg daarvan
is nog heden ten dage, dat°%ergelijke plans, de aan de randen
van elk blad gelegen pe-rcelen op meer dan één kaart- en op elke
kaart slechts voor een gedeelte worden afgebeeld. Men gaf in
die dagen ook de op het terrein aanwezige grensstenen op de kaart
aan, ofschoon het verdwijnen van die stenen op het terrein daar
door niet kon worden voorkomen. Aard en soort der perceelsschei-
dingen werden destijds eveneens op de kaarten aangeduid. De op
één blad voorkomende percelen waren soms in drie verschillende
sectiën ingedeeld.
Zonder dieper in te gaan op de bezwaren, die tengevolge van
deze kadastrering al spoedig voor de bijhouding ontstonden, we
ten v/ij uit eigen ervaring maar al te goed, dat met deze herme
tingen v/el een nieuw systeem werd gelanceerd, doch dat daarmede
"de" oplossing niet-was verkregen.
Een ander voorbeeld, waarbij oude gewoonten werden losgelaten
en een nieuwe richting werd ingeslagen, levert de vermaarde her
meting van Dieren. Het onderscheiden van cultuur- en eigendoms-
grenzen door het trekken van dunne en dikke lijnen op de kaart,
verder verduidelijkt door het "letteren" der perceelsonderdelen
en de "vereenvoudigde" bijpijling, zijn sterk in t oog springen-
de afwijkingen van de gewoonten toegepast bij de vervaardiging
der oude "Franse" minuutplans.
Van de toepassing der aangehaalde hermetingssystemen werd ge-