11
daar waar "beide afdelingen nogal sterk in elkaar grijpen.
Heeft de tekenaar van het kadaster deze stiefmoederlijke be
handeling verdiend?
Een kleine vergelijking van £fn werkzaamheden vroeger en thans
geeft een overtuigend bewijs van het tegendeel. Het is onnodig
de verschillen te memoreren. Ze. zi.in genoegzaam bekend. Men weet
het 1
Wijzen we alleen nog maar op het grote verschil in examen
vraagstukken en op de geperfectionneerde opleiding. Dit alles is
niet geschied, omdat men voldoende had aan den "teksnaar van
vroeger" Integendeel, d_e dienst eiste een meer bekwaam ambtenaar
Was hiervoor een ander ambtenaar nodig? Neen, de tekenaar heeft
zichzelf deze plaats veroverd door zelfontwikkeling en het meer
werk naar zich toetrekken. Hij heeft daardoor aangetoond, dat de
dienst zo'n ambtenaar niet alleen kon gebruiken, maar er zelfü
behoefte aan had. En toch is hij in titel en in financiële
waardering nog steeds dezelfde tekenaar gebleven
Wij hopen en verwachten, dat men hieraan thans eens zal
denken en dat onze reeds zo dikwijls erkende billijke wensen
zullen worden ingewilligd.
MEDEDELINGEN
Afscheid van den Heer J.H.J. Houbenv ingenieur-verificateur
van het kadaster, tevens wndinspecteur van de hypotheken en
het kadaster.
Wegens het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd heeft
de Heer J0H.J. Houben met ingang van 1 Augustus 1942 de dienst
verlaten.
Dit afscheid had Vrijdag 3'1 Juli op officiële wijze plaats in
den werkkamer van den scheidenden functionaris aan het Buitenhof
te s-Gravenhagewaar hem door den landmeter Hoogenboom, als oud
ste hoofd van hei bureau in de divisie namens alle ambtenaren uit
de divisie 's-Gravenhage een blijvend aandenken in de vorm van
een schilderstuk werd aangeboden.
Onder de aanwezigen merkten we als vertegenwoordigers van het
Departement van Financiën op de H.H. Mr.Dubois, Reijne en Penris.
Verder de oud ingenieurs-verificateur Roborgh en De Korver.
Verschillende sprekers voerden het woord en dankten den Heer
Houben voor de prettige en loffelijke wijze, waarop hij z'n beide
functies had waargenomen. Zij prezen z'n streven naar verbetering
in de technische hulpmiddelen bij de landmeetkundigt dienst,
waardoor de Kadastrale dienst was verrijkt met enkele der modernste
instrumenten op dat gebied.
Ook onze voorzitter sprak nog een kort woord. Hij dankte voor
de gemoedelijke en prettige wijze waarop het bestuur steeds was
ontvangen en te woord gestaan en zeide de overtuiging te hebben,
dat de Heer Houben persoonlijk wel waardering had voor het werk
en de ontwikkeling van den tekenaar van het kadaster, doch dat het
hoofdzakelijk aein de tijdsomstandigheden had gelegen, dat deze
waardering niet in daden is kunnen worden omgezet.
De Heer Houben antwoordde alle sprekers afzonderlijk in een