eigendomsovergangen plaats vonden.Bovendién is het land- meetkundigwerk veel nauwkeuriger geworden,waardoor elke meting meer tijd vergt. Dit alles is zonder uitbreiding van het aantal landmeters slechts mogelijk geweest doordat veel kantoorwerk overgenomen werd door de tekenaars en de teehnisch-ambtenaren. Noodzakelijk was dus een zeer grote uitbreiding van het aantal tekenaars en tevens een aan zienlijke verzwaring der exameneisen. Waar vroeger het werk van de tekenaar hoofdzakelijk bestond in kopieerwerk, moet hij thans kunnen kaarteren ook op slecht sluitende plans,moet hij de grootten der percelen kunnen berekenen, de staten 75 samenstellen, kortom hij moet de metingstuk ken volledig kunnen afwerken al zal de landmeter in bij zonder moeilijke gevallen aanwijzing daarbij kunnen geven.' Ook bij de veldwerkzaamheden zijn de laat ste 15 jaren tekenaars,thans met de titel van technisch- ambtenaar,ingeschakeld. Dit is vooral geschied bij de Ruilverkavelingsdienst en de dienst voor B.L.W. en naar wij hopen zal dit binnen enkele jaren op ruime schaal plaats hebben bij de hermetingsdienst Zoals al gezegd is, moeten de eisen,die aan het ex-' amen voor tekenaar van het Kadaster gesteld worden reke ning houden met het werk dat aan de tekenaar in de prak tijk zal worden opgedragen. Vanzelf sprekend moet de op leiding beantwoorden aan die eisen. Natuurlijk mag men daarbij rekening houden dat de vaardigheid der routine bij vele werkzaamheden pas na enige jaren praktijk kan worden verkregen.De fundamentele kennis dient echter de oplei ding bij te brengen. Voor 1932 bestond er geen ambtelijke opleiding. Naar behoefte werd een examen gehouden,waaraan door allen die de Nederlandse nationaliteit bezaten en wier leeftijd tus sen 17 en 23 jaar lag, kon worden deelgenomen. Het onder zoek 'omvatte zowel de vereiste kennis der wiskunde en der Nederlandse taal als de vakkennis. De candidaten moesten maar zien hoe zij aan die nodige vakkennis kwamen. Op geen enkele school werd deze onderwezen.Zij waren verplicht de hulp in te roepen van een ambtenaar van het Kadaster, die hiervoor een financiële tegenprestatie verlangde. Voor vele candidaten was dit laatste een bezwaar,zodat niet steeds diegenen werden opgeleid die daarvoor door hun aanleg het eerst in aanmerking hadden moeten komen. In 1932 besloot het hoofdbestuur tot een principiële wij- 26.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1947 | | pagina 27