scheiden mening gezien worden vanuit een standpunt,dat
oog heeft voor en uitzicht biedt aan de m. i. gelukkige
omstandigheid, dat de practische lartdm.eetleunde sinds
de bevrijding meer dan ooit in het' volle leven is komen
te staan, en uiteraard daardoor misschien langzaam,
maar in ieder geval zéker be-invloed wordt door de
moderne, vèrdoorgevoerde arbeidsdifferentiatieM.i.
een proces,' dat in de landmeterij ook bij het Kadaster
zal uitlopen op
a) het gebruik van geodetische ingenieurs en acade
misch gevormde landmeters nagenoeg uitsluitend voor de
leiding van bureaux van de landmeetkundige diensten
alsmede voor werkzaamheden van hogere geodetische orde';
b) het bezigen van middelbare landmeetkundigen op uit
gebreide schaal voor de vele meetwerkzaamheden van la
ger orde, welke op het gebied, het ontzaggelijk grote
gebied der ruimtelijke ordening moeten vrorden verricht.
Dit proces is nog in volle groei, doch reeds nu zijn
er zéér duidelijke kentekens waar te nemen, die er op
wijzen, dat de betekenis en de plaats dezer middelbare
meetkrachten verre zullen uitgaan boven die, welke aan
Jeronimus in 1909 en aan Koopmans in 1919 voor ogen
stond.
Onze zeer vooruitstrevende groep van Technische Amb
tenaren is het aan haar voortrekkers en aan de geschie
denis der laatste vijftien jaren verplicht, de lijn der
progressiviteit door te trekken ook voor de toekomst..
In een volgend artikel zullen wij nagaan, welke ver-'
plichtingen wij op ons hebben genomen, toen jaren gele
den door onze tegenwoordige voorzitter het vraagstuk
van de"Landmeetkundige Ambtenaren" aan de orde werd ge
steld.
P.S. TEELING.
Wij behouden ons voor, op bepaalde onderdelen van dit
en van het volgende artikel t.z.t. nader in te gaan.
Red.