der lasten op onroerende goederen. De -waterschaps
lasten en grondlasten zijn'de laatste jaren verdubbeld
Hij dringt aan op afschaffing van deze door de Duitsers
verdubbelde grondbelasting. Door de regelingen, welke de-
Minister voorstelt, worden de provinciën en gemeenten ge
noodzaakt, om de opcenten zo hoog mogelijk op te voeren.-
De Minister van Financiën antwoordde dat tal van be
lastingen aanmerkelijk zijn verhoogd en dat de verhoging
van de grondbelasting geen uitzondering vormt. Intussen
vestigde hij er de aandacht op, dat, ondanks de verhoging
van deze belasting, de verkoopprijs van de grond toch niet'
is gedaald, zodat men nog altijd veel waarde blijkt te hech
ten - en' zelfs meer waarde dan voorheen (ih geld uitge
drukt - aan het besfehikken over de grond,waarvoor die
grondbelasting moet worden betaald.
Hier en daar drukt de grondbelasting echter te zwaar en
dat pleit er voor om een technische herziening na te stre
ven. Voorlopig zullen wij het nog met de grondbelasting
zonder die herziening moeten doen. De tijd ontbreekt. Wel
acht de Minister het mogelijk, dat bij invoering van een
huurbelasting gegevens beschikbaar komen,welke in staat
stellen, correcties aan te brengen in de waardering voor
de grondbelasting.
In het wetsontwerp tot regeling van de financiële ver
houding tussen Rijk en Gemeenten is inderdaad de gedachte
opgenomen, dat de bijzondere bijdragen, die de gemeenten
zullen krijgen, mede afhankelijk worden gesteld van de mate,
waarin door de gemeenten het eigen belastinggebied wordt
uitgeput
Er ligt dus in de voorgestelde regeling wel een sti
mulans óm de opcenten op te voeren. Als de gemeenten dat
nalaten, zullen zij het voelen in de bijzondere bijdrage.
Overigens lijkt het gewenst, mede met het oog op een
gelijke verspreiding van de druk van de grondbelasting,dat
niet de eae gemeente op dit gebied sterk afwijkt van het
geen in een andere gemeente wordt gedaan.
Aan het slot van de besprekingen over dit onderwerp
heeft de Minister toegezegd, dat hij niets na zal laten,
wat uitvoerbaar is om een herziening van de grondslagen
voor te bereiden,zodra de omstandigheden het toelaten.
Het Kamerlid de heer Vondeling, die er bij een interpo
latie ook op wees, dat het wenselijk is bijzondere aandacht
te schenken aan mogelijkheden om door middel van een bo-