Dit zou- zolang niet vaststaat, dat de regeling der pacht, waarvan sprake is in art. 19 der Ruilverkavelingswet, ook omvat' het zo nodig opleggen van bepaalde pachtoverenkom- sten - kunnen gebeuren door in het pachtbesluit een arti kel op te nemen,waarin wordt aangegeven, dat, bij de regeling van'pacht volgens de Ruilverkavelingswet, partijen kunnen worden vérplicht tot het aanvaarden van een bepaalde pacht- regeling, onder goedkeuring van de Grondkamer, wanneer dit, in verband met een goede uitvoering der ruilverkaveling noodzakelijk wordt geacht. Wanneer de Minister de mening is toegedaan,dat een der gelijke herziening van het pachtbesluit niet urgent is in verband met de gehele herziening der wettelijke pachtrege- ling, welke hopelijk spoedig zal plaats vinden, dan zou aan de Grondkamers de bevoegdheid gegeven kunnen worden, wan neer de plaatselijke commissies der ruilverkaveling de -wens hieromtrent te kennen geven, tot vordering van bouw en weiland in het betrokken ruilvërkavelingg'gebied"Voor onbepaalde tijd. Het is niet de fraaiste oplossing, omdat men op deze manier de pachter zijn recht op continuatie ontneemt,maar men doet althans iets. Minister Mansholt verheugt er'zich over, dat men bepaal de maatregelen noodzakelijk acht,welke gaan in de richting van dwangpacht. Hij is eveneens van mening, dat dit een spoe dige wettelijke regeling vraagt. Z.E. wil echter de nieuwe Pachtwet afwachten.Hij wenst een en ander niet in het Pacht besluit op te nemen. Ook wil hij de Grondkamer niet de be voegdheid geven tot het vorderen van gronden.Wel acht hij het juist dat, indien b.v. een grondeigenaar geen erfgena men in de rechte lijn zou hebben, in de toekomst de grond zou moeten worden verhuurd - dus een zekere dwang zou moe ten worden uitgeoefend - aan pachters van naburige kleine bedrijven. De Minister blijkt voor te staan een verbetering van het grondgebruik,dus het nemen van die maatregelen,die vooraf gaan aan socialisatie van de eigendom van de grond, waar door mogelijk die socialisatie overbodig wordt. Reeds kent de Pachtwet bepalingen t.a.v. het gebruik van de grond. De Minister wil de belangen van de gemeenschap doen prae- valeren boven de individuele belangen. Intussen is de commissie tot herziening van de Pachtwet met haar moeilijke arbeid nog niet gereed gekomen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1948 | | pagina 30