„geestarmen voerts (vrnd) sal meten ende in een bouck van par-
„quemente charteren (kaarteren) met alle haer beleynden, daer-
„inne antykenen alle die situatiën van denselven landen metten
„woninghen, indien daer enighe op zijn, oick alle die slooten,
„blintsloten ende ander landtmerken met oick an elck eynde een
„vaste onsterffelicke belende als weghen ofte wateringen, soe se
„daer omtrent zijn. Ende dat al met anwysinghe van de bekentste
„gheblieren van denzelven landen ende oick uten quoyeren van
„den tienden penninck ende anders (ints), soe men sekerstë die
„beleynden anteikenen mach: stellende diezelven landen opte
„winden (op de windstreken tekenen) ende opte cleyne maten
„(op schaal), sulx dat men mette angheteykende mate oick in de
„caerte die mate van de landen sal moghen verifieren, ende sal
„zoewel ghehouden zijn te meten ende carteren die landen, die
„ghemeen met andere leggen, als die alleen leggen(Voor
deze opmeting en het vervaardigen van het kaartboek ontving
Potter de voor die dagen grote som van 350 ponden „van XL
groten 't pont" oftewel 350 gulden). 18
Naast deze particuliere grondboekhoudingen kennen we prae-
kadastrale „kadasters", op last van een vorst vervaardigd, zoals
die van de Limburgse plaatsen Gennep en Oeffeit, en Heijen.
Deze plaatsen werden op bevel van de Hertog van Cleef in 1725
opgemeten en in kaart gebracht, ten behoeve van de inning van
een heel stel belastingen19). Op de kaart staat in elk perceel de
grootte aangegeven en op een bijbehorend register is van elk
perceel een hele beschrijving opgenomen, met behulp waarvan de
grondbelasting, grondrente, tienden, hand- en spandiensten, huis
belasting en officiële brandverzekering kon worden bepaald. In
1751 werd op verzoek van de Prins van HohenzollernSigmarin
gen, Heer van Boxmeer, door Hendrik Haerits, gezworen land
meter, de gehele Heerlijkheid opgemeten. De uitkomsten werden
in een grondboek opgetekend met de omschrijving van de eige
naren der verschillende grondstukken. Of ook een kaart ver
vaardigd werd is onbekend doch wel waarschijnlijk20).
In Zeeland bezat men in die tijd (midden 18e eeuw) van ver
schillende tiendhoeken prae-kadastrale kaarten met bijbehorende
Vergaarboeken aanwijzende de grootten der percelen en de namen
der eigenaren21).
Behalve bovenvermelde soorten berusten in verschillende archie
ven ook nog een groot aantal bescheiden, welke op afgeronde
grondboekhoudingen betrekking hebben. Zo is in het Rijksarchief
te Maastricht de kopie aanwezig van een register, getiteld „de
Generale metinge van Maasbracht (ten Z. van Roermond) den
41
18) Dr. E. Wiersum 10) t.a.p. blz. 615.
19Van Beurden, Kadaster der 18e eeuw in 't land v. Cuijk, K. en L. jg. 1886.
20) id.
21Vóór 1940 aanwezig in het Rijksarchief te Middelburg.