2°. onroerende goederen, waarover de beschikking moet wor
den verkregen in verband met een bouwplan, strekkende tot leni
ging van de woningnood of ten bate van het economisch herstel
des lands, alsook van zakelijke rechten op zulke goederen.
2. De onteigening geschiedt krachtens een besluit van de ge
meenteraad en hetzij ten name van de gemeente, hetzij ten ver
zoeke en ten name van een ander publiekrechtelijk lichaam, een
andere rechtspersoon of een natuurlijke persoon. Dit besluit is
onderworpen aan de goedkeuring van de Minister van Weder
opbouw en Volkshuisvesting.
Wanneer bij een onteigening belangen zijn betrokken, welker
behartiging behoort tot het ressort van de Ministers van Econo
mische Zaken of van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening,
wordt de goedkeuring niet verleend dan in overeenstemming met
de daarbij betrokken Minister.
3. Het ontwerp-besluit tot onteigening ligt met de daarbij be
horende kaarten en kadastrale gegevens gedurende ten minste drie
weken ter gemeentesecretarie voor een ieder ter inzage. Het
Hoofd van het gemeentebestuur brengt de nederlegging vooraf in
een of meer in de gemeente gelezen dag- of nieuwsbladen en voorts
op de gebruikelijke wijze ter openbare kennis.
4. Tijdens de in het vorige lid genoemde termijn kunnen be
langhebbenden schriftelijk hun bezwaren tegen de voorgenomen
onteigening bij het gemeentebestuur indienen. Burgemeester en
Wethouders winnen omtrent die bezwaren zo spoedig mogelijk het
advies in van de inspecteur, belast met het toezicht op de hand
having van de wettelijke bepalingen betreffende de volkshuis
vesting.
5. Een besluit van de gemeenteraad tot onteigening ligt na
openbare bekendmaking, als in het derde lid omschreven, ge
durende een week ter gemeentesecretarie voor een ieder ter in
zage en wordt vervolgens met de bijbehorende stukken, de in
gediende bezwaarschriften en het advies van de inspecteur
toegezonden aan Gedeputeerde Staten, die binnen twee maanden
aan de Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting verslag
doen. Gedeputeerde Staten brengen geen verslag uit dan na de
genen, die bij het gemeentebestuur bezwaren hebben ingediend,
in de gelegenheid te hebben gesteld hun bezwaren mondeling toe
te lichten.
6. Indien de beslissing van de Minister strekt tot goedkeuring
van het besluit van de gemeenteraad, ligt zij met dit besluit na
openbare bekendmaking, als in het derde lid omschreven, ge
durende een week ter gemeentesecretarie voor een ieder ter inzage.
Het initiatief is in de eerste plaats gebracht bij de gemeente
raad. Voor terreinen met verwoeste of zwaar beschadigde op
stallen is een uitzondering gemaakt. De vaststelling van deze
104