De art* 15/18 bevatten bepalingen omtrent het bouwprogramma,
dat jaarlijks wordt vastgesteld. Dit programma wordt door de Mi
nister van Wederopbouw en Volkshuisvesting aan de Staten-
Generaal medegedeeld tegelijk met de aanbieding van de Rijks
begroting. De overige artikelen regelen bijzondere afwijkingen van
de Woningwet en de wijze, waarop geldelijke steun voor de Volks
huisvesting van Overheidswege wordt verstrekt.
Boekbesprekingen
I. Nomografie, Leerboek voor hen die zelf mono
grammen willen ontwerpen, berekenen en con
strueren* N. D. Haasbroek.
XII 4- 288 blz. 25 X 17 cm. Ahrend, Amsterdam.
Prijs gebonden 15,
Twee onderdelen der hogere wiskunde zijn onmisbaar voor de
bestudering der nomografie: enige kennis omtrent de leer der
determinanten, en enkele onderwerpen uit de analytische meet
kunde. Deze voorkennis moest men tot nu toe dan maar eerst uit
de desbetreffende leerboeken vergaren, alvorens men tot de studie
der nomografie kon overgaan. Dit is met het bovengenoemd, juist
verschenen werk niet het geval. De heer Haasbroek opent namelijk
zijn leerboek met de behandeling van die gedeelten uit de leer der
determinanten, van de analytische meetkunde en de kegelsneden,
welke voqr de nomografie onontbeerlijk zijn. Niet meer en niet
minder wordt van deze onderwerpen besproken. En dit geschiedt
op een wijze als men voor een eerste kennismaking niet beter kan
wensen. Wie wel reeds in deze stof thuis meent te zijn moet toch
dit vijftigtal inleidende bladzijden niet overslaan: op blz. 39 zal
hij verrast worden met een zeer originele Determineertabel voor
kegelsneden.
De behandeling van de nomografie zelf, waar het gehele boek
verder aan gewijd is, is even fraai als eenvoudig, doordat de
schrijver één vaste lijn gevolgd heeft. Met de formule als uit
gangspunt, in determinantvorm omgewerkt, wordt telkens na het
kiezen van geschikte moduli de constructie-determinant opgesteld,
die de berekening of constructie van het nomogram in de vorm
van een punten- of een lijnennomogram mogelijk maakt.
Het is hier niet de plaats om in technische details te treden, en
wat meer algemene opmerkingen betreft kunnen wij de verleiding
moeilijk weerstaan om de twee bladzijden ,,Ter inleiding" over te
schrijven waarin prof. Roelofs kort en bondig enkele hoofdzaken
formuleert. Hier steekt veel zin in weinig woorden.
Het boek van de heer Haasbroek bevat 111 duidelijke figuren
108
