Oud-Nederlandse Landmeters. II 4. Landmeetkundigen in de Overzeese Gebiedsdelen» Op haast geluidloze wijze heeft zich in de afgelopen jaren op het gebied der formatie van het landmeetkundig personeel in ons „Rijk over zee" een omwenteling voltrokken, een stille snelle evo lutie, waarvan de resultaten bij het begin van 1949 naar buiten kenbaar werden door de aanwijzing van een betrekkelijk groot aantal collega's voor de volledige kadastrering van Aruba, Bo naire en Curagao. Behalve, dat deze uitzending van middelbaar landmeetkundig personeel als een overwinning is te beschouwen van het gezond verstand op een meer en meer afstervende gedachtenwereld, kan de plaatsing van de groep collega's op Curasao tevens gezien worden als de kroon op het landmeet kundig werk van collega M. Smidt, die door zijn voorbeeld ook in de Antillen de weg heeft geëffend voor de tewerkstelling van grotere aantallen middelbare landmeetkundigen. Het is aan geen twijfel onderhevig, dat het voorbeeld door het gebiedsdeel Curagao gegeven in de naaste toekomst ook elders navolging zal vinden en een betrekkelijk rustige ontwikkeling van de Verenig de Staten van Indonesië tot een moderne volkengemeenschap (in samenwerking met Nederland) zal wellicht aan onze middelbare landmeetkundigen voldoende ruimte laten ook in Indonesië de nodige kadastreringswerkzaamheden te verrichten. Dat de land meetkundige arbeid onzer collega's op Curagao hierbij van grote stimulerende en propagandistische waarde zal blijken te zijn, staat wel als een paal boven water. Drie eeuwen geleden» Haast onwillekeurig gaan onze gedachten terug naar de tijd, toen de éérste landmeetkundigen naar Oost en West uitzwermden. Uit de aard der zaak denken we in verband met het voorgaande niet zozeer aan de landmeters, die hoogstwaarschijnlijk de Noord nederlandse inpolderaars hebben vergezeld naar de droog te leg den gebieden in Frankrijk, Italië, Engeland, Denemarken en Oost- Duitsland, over welke inpolderingen Dr. Ir. J. van Veen in „De Ingenieur" van 2 Juni 1939 interessante gegevens te boek stelde. Meer hebben we het oog op hen, die in dienst van „de Compag nie" drie eeuwen geleden als geswooren landtmeeter de grote haringvijver overstaken. Van deze 17e eeuwse landmeters getuigt de kaart van de „Stadt Amsterdam in Nieuw Neederlandt", in de laatste jaren van haar 90 door P. S. TEELING te Amersfoort. Zie Oud-Nederlandse landmeters I" in dit Orgaan Jan. 1949.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1949 | | pagina 2