'Goede oplossingen ontvingen we van de heren P. van Beek, A. W. Boelhouwer, S. de Boer, M. C. Breemans, H. A. Olink en B. F. Osinga. OPGAVE XVI. D/e volgende opgave is, met wijziging van de gegevens, afkom stig van een in Maart 1939 gehouden examen voor landmeter in Australië en Nieuw-Zeeland. Langs een nieuw aangelegde weg moeten drie bouwpercelen worden uitgezet volgens bijgaande schets. De totale haakse achterbreedte bedraagt 150 m. De gemiddelde diepte van ieder perceel moet twee maal zijn haakse breedte be dragen. De voorgrens maakt een hoek van 17,3889 gr. met de achtergrens. Gevraagd de maten langs de grenzen der percelen en de opper vlakten der percelen. (Alle lezers kunnen oplossingen voor deze rubriek inzenden: dit is dus niet beperkt tot kadastrale ambtenaren.) Oplossingen vóór 1 Juli in te zenden aan Mej. C. A. C. Best.. Conradkade 60, Den Haag. Examen voor landmeetkundig rekenaar, diploma N.L.F. Landmeetkundige berekeningen, 6 April 1949. 9.00—12.00. Van het punt Vlaardingen 96 exc., dat achterwaarts is inge sneden, is gegeven: 142

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1949 | | pagina 18