woord van de Heer Weisfeit, Hoofd der Afdeling Personeel a. h. Departement van Financiën. Deze hoofdambtenaar legt er de na druk op, dat overheid en vakbeweging elkander niet meer zien als tegenstanders; de overtuiging is gegroeid, dat de belangen van overheid en vakbeweging niet tegengesteld zijn. Doordat er dus op vele terreinen een samenwerking is ont staan, worden er aan de vakorganisaties en in het bijzonder aan de Besturen de hoogste eisen van kundigheid en van represen tatieve kracht gesteld. Bijdragen van de voorzitter W. Scholten, de voorzitter van ,,De verbroedering van het Financiepersoneel" H. J. M. van der Wee te Antwerpen, van P. A. Ravelli, voorzitter van de Centrale en het Ambtenarencentrum en van verschillende andere bestuurders tonen wel aan, dat de jubilerende Bond meetelt en dat een flinke kern van actieve bestuurders, met veel werkkracht bezield, op de bres staat voor de belangen van de leden. Onze voorzitter zal de Vereniging vertegenwoordigen op de feestelijke receptie. Ook langs deze weg onze hartelijke gelukwensen voor de jubi lerende. Dat zij nog vele jaren moge medewerken aan de ver steviging van het contact met de Overheid in het belang van het Dienstvak der Belastingen en van de leden van de Bond. W. K. Berichten en Mutaties Verslag Alg. Rekenkamer» „Wij" van Financiën en Rijksauto's. De commissie voor de Rijksuitgaven uit de 2e Kamer oordeelt in haar opmerkingen over het verslag der Algemene Rekenkamer over het begrotingsjaar 1947 t.a.v. het blad „Wij van Financiën" als volgt: De commissie heeft aan de Minister van Financiën inzage ver zocht en verkregen van een jaargang van het maandblad ,,Wij van Financiën De argumentatie van de Minister van Financiën (zie bl. 31 van het verslag Alg. Rekenk.), ter rechtvaardiging der gemaakte kosten, acht de Commissie bevredigend; de inhoud van het maandblad rechtvaardigt h.i. de uitgave. T.a.v. van het gebruik van auto's in de Rijksdienst heeft de commissie ter zake nadere inlichtingen ingewonnen. Haar is daarbij gebleken van een voortdurende inkrimping van het aantal dienst auto's, hetgeen zij toejuicht. Zij meent evenwel, dat de Overheid in ruimere mate haar dienaren, die voor dienstgebruik een auto van node hebben, in de gelegenheid zal moeten stellen zelf een auto te verwerven. De regelingen op dit stuk van 1934 (1948) voldoen niet geheel meer. Een rem voor het overdragen van de verantwoordelijkheid voor het rijden met een auto schijnt mede 225

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1949 | | pagina 29