N.N. (naam van de candidaat) bequaem om in de voors.
consten als Meester gebruyckt te worden, waertoe wij voors.
hem recht ende macht geven.
Ten wekken oirconde de voors. Rector ende Senaet van
de voors. Universiteyt hebben het segel des Universiteyts aen
dese doen hangen ende van den Secretaris onderscreven
onderteyckenen.
Noch de inschakeling van een beroemd wiskundige als Rudolf
Snellius bij de aflegging der landmetersexamens, noch de instelling
van een landmetersdiploma hebben echter kunnen bevorderen, dat
de Leidse Universiteit het monopolie verkreeg van de opleiding en
examinering van landmeters en vestingbouwers. Maar ondanks dat
was de toeloop van studenten naar de ,,Duytsche Mathematicque"
toch wel zo groot, dat deze mede in hun aantal de moed vonden,
om zich tot de Gemeenteraad van Leiden te wenden (tussen 1600
en 1610, het request is ongedateerd) met het verzoek dat ook zij
gelijk andere studenten vrijdom verkrijgen van de betaling
van accijns, 88Ze vroegen, elke leerling gelijk te stellen met
student, wanneer ,,syluyden elck van hem bequaem zoude wesen,
om haer te connen verantwoorden op de vraechstukken, hierbij ge-
voecht." Wellicht is uit de onderstaande „Ordre" op te maken,
welke kennis bij voorbaat noodzakelijk werd geacht (door de leer
lingen zelve) om voor „vol" te worden aangezien. Vermoedelijk
stond de gemiddelde kennis in de aanvang van de „Duytsche
Mathematicque" lager. Ook hier weer lijkt een vergelijking met
de leerlingen-Landmeetkundig Ambtenaar eerder voor de hand lig
gende, dan die met de Geodetisch-Ingenieurs. 88 a)
Ordre waerna de auditores mochten werden geëxamineerd aleer
deselve de vrijheit der scholen mochten genieten.
In Arithmetica:
De spetien van geheele, gebroocken en tiende getallen, alsmede
in deselve den regel van drien, ende extractien der quadraet- en
cubickwortel.
In Geometrie:
Wat een linie, houck en superfitie is.
Wat een rechten, scharpen en wijden houck is.
88) Moihuijsen 73t.a.p. blz. 391.
205
88 a) Dr. A. Schierbeek, Landmeten en wijnroeien in Leeuwenhoeckstijd.
88 a) In één van de voordrachten, in de vergaderingen van het Genootschap
voor geschiedenis der Geneeskunde, Wiskunde en Natuurwetenschappen, door
Dr. A. Schierbeek gehouden over landmeten en wijnroeien in Leeuwenhoecks tijd
(Anthony Leeuwenhoek slaagde op 4 Febr. 1669 voor het landmetersexamen)
merkt deze spreker op, dat de bewerkingen, welke de landmeter-wijnroeier in
die tijd moest uitvoeren, „ongeveer waren van den aards als thans een H.B.S.-er
tegen 't einde van de 3e klasse gemakkelijk kan doen", mits de candidaat ge
makkelijk cijferen kon.
RED.