schade is aan te merken, ook indien die restanten nog onroerend mochten zijn; de in dit lid bedoelde onteigening wordt verder aan geduid als „puinonteigening". De onteigening geschiedt ten name hetzij van een publiekrech telijk lichaam, hetzij van een andere rechtspersoon of een natuur lijke persoon. Onteigening geschiedt slechts na overleg met degene te wiens name wordt onteigend. Voor de toepassing van dit artikel 23 geldt als oorlogsschade de in artikel 2, lid 1, omschreven oorlogsschade, ook als zij is toegebracht aan goederen, welke eigendom zijn van anderen dan de in dat lid bedoelde natuurlijke of rechtspersonen. De oorlogs schade wordt als volgt omschreven: iedere schade, als rechtstreeks gevolg van oorlogsgeweld, van houdingen of maat regelen van de vijand of van oorlogsomstandigheden, voor het ,,in werking treden van deze wet binnen Nederland toegebracht ,,aan onroerende goederenenz Alvorens de Minister tot onteigening van onroerende zaken over eenkomstig artikel 23 overgaat, doet hij door tussenkomst van burgemeester en wethouders van de gemeente, waarbinnen de on roerende zaken gelegen of gevestigd zijn, de eigenaren en andere zakelijk gerechtigden, die in de kadastrale legger zijn opgenomen, schriftelijk aan hun laatst bekend adres van zijn voornemen in kennis stellen. De kennisgeving bevat de mededeling, dat de op de onteigening betrekking hebbende bescheiden op de secretarie der gemeente, waarbinnen de onroerende zaken gelegen of gevestigd zijn, ter kosteloze inzage voor een ieder worden neergelegd, alsmede een oproeping voor de in het volgende artikel bedoelde zitting. Op de secretarie dier gemeente wordt ten minste 14 dagen voor de zitting, bedoeld in artikel 25, ter kosteloze inzage voor een ieder neergelegd: aeen onteigeningsplan met nauwkeurige kaarten van de per celen of perceelsgedeelten, waarop de onteigening betrekking heeft, met vermelding hunner kadastrale aanduiding; been lijst van de te onteigenen percelen met vermelding van het te onteigenen recht, indien niet de volle eigendom wordt ont eigend, met vermelding tevens van de kadastrale aanduiding, de grootte van elk dier percelen volgens de kadastrale legger, be nevens de grootte, eventueel de geschatte grootte, indien opmeting nog niet heeft plaats gevonden, van het perceelsgedeelte, indien de onteigening niet op het gehele perceel betrekking heeft, en de namen der eigenaren en andere zakelijk gerechtigden volgens de kadastrale legger. De stukken blijven ter inzage voor een ieder liggen, totdat de in artikel 25 bedoelde zitting tot het aanhoren van bezwaren is gesloten. 248

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1949 | | pagina 20