Opgaven mei Landmeetkundige inslag
door Mej. C. A. C. BEST.
Opgave XVIII.
Van deze opgave zijn geen twee dezelfde oplossingen binnen
gekomen; allen wijken ze min of meer van elkaar af, alhoewel de
eindresultaten geen grote onderlinge verschillen vertonen. Zelf
geven we de voorkeur aan de volgende oplossing:
Er zijn twee series hoekmetingen in het punt A verricht. Ken
nelijk is de eerste bedoeld voor het bepalen van het punt A zelf
en de tweede voor de polygoonberekening.
De coördinaten van het punt A bepalen we barycentrisch of met
„Cassini". Resultaat: 1707,10; 1161,38.
Daarna berekenen wij het polygoontje. In D zijn twee verre
richtingen gemeten; beide richtingen gebruiken we. (Zie hiervoor
het artikeltje in ons Orgaan Jrg. 5 afl. 5). Nu mogen we de sluit-
fout in de hoeken niet gelijk verdelen. De correctie op de hoek in
D moet bedragen van de correctie op de andere hoeken.
Voor de coördinaten vinden we:
Natuurlijk zal het voor de practijk geen verschil maken als slechts
één afsluitrichting in het punt D wordt gebruikt.
Goede oplossingen ontvingen we van de heren: P. van Beek,
S. de Boer, G. v. d. Haar, J. H. Holsbrink, T. Kruithof, H. A.
Olink, W. H. L. Oosterkamp, B. F. Osinga, H. M. Pasman en
B. de Vos.
Opgave XIX.
De nieuwe opgave is een bijzonder geval van het vraagstuk, dat
meer algemeen behandeld is in het artikel van Ir. Sprega ,,Een
driepercelenprobleem", voorkomende op blz. 251 van dit Orgaan.
De grens tussen de percelen 1, 2 en 3 is aangegeven op bij
gaande tekening (aan ommezijde).
De eigenaren willen door ruiling de gebroken scheiding ABC
vervangen door de rechte scheiding P Q, met dien verstande dat
de oppervlakte van ieders eigendom na de ruiling ongewijzigd is.
Gevraagd de uit te zetten meetgetallen bij de punten P en Q.
Oplossingen vóór 25 December inzenden aan Mej. C. A. C.
Best, Conradkade 60, Den Haag.
20
21
22
23
1957,54
1940,14
1787,34
1772,31
1605,94
1466,67
1457,33
1301,95
255