Hoofdstuk XI (Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, blz. 18), dat vele leden de vraag stelden, waarom ruilverkavelingen niet in sneller tempo tot stand kunnen komen, opdat het niet vele jaren duurt, voordat aangevraagde objecten worden uitgevoerd. Door verschillende leden werd opgemerkt, (blz. 17) dat ruil verkaveling geen zin heeft, als de Wet Rechtshandelingen land bouwgronden" niet tot stand komt, terwijl anderen het daaren tegen zouden toejuichen, indien dit legislatief niet zeer gelukkig product begraven blijft onder de naar hun mening terecht daarop uitgeoefende kritiek. Tenslotte wezen sommige leden er op, (blz. 18) dat steeds meer de kleine boeren zich tegen verkavelingen e.d. verzetten, omdat in de practijk zo vaak blijkt, dat deze geen grond toegewezen krijgen en dat er meer aandacht besteed wordt aan het stichten van grote bedrijven. Wat betreft het tempo van uitvoering van ruilverkavelingen dient te worden opgemerkt (zo schrijft de Minister van L., V. en V. in de Memorie van Antwoord, blz. 33), dat omvangrijk land meetkundig werk nodig is om aan de in de wet mede in ver band met de rechtszekerheid gestelde eisen te voldoen* Dit maakt het aantrekken van meer landmeetkundige krachten nood zakelijk» die echter op korte termijn niet zijn te verkrijgen* Deze kwestie heeft de volle aandachtEr zal worden nagegaan, of, zonder de rechtszekerheid te schaden, tot sneller werken kan worden gekomen. De Minister van L.. V. en V. acht een regeling inzake de vervreemding van landbouwgronden een waardevolle aanvulling op de ruilverkaveling. Dat echter, zoals door verschillende leden werd opgemerkt, zonder een dergelijke regeling ruilverkaveling geen zin heeft, meent hij te moeten ontkennen. Deze leden onder schatten naar zijn mening het landbouv/belang, dat ook door een niet geheel sluitende regeling wordt gediend, (blz. 32). Dat steeds meer kleine boeren zich tegen verkaveling e.d. ver zetten, is niet gebleken; verreweg de meeste aanvragen voor ruil verkaveling komen juist uit de gebieden, waar het kleine bedrijf overheerst (blz. 34). De mening van de Heer Ir. Vondeling wordt weergegeven op blz. 495 van de Handelingen van 15 Nov. 1949. Over de (ruil verkaveling zei deze: De betere verkaveling is een wens, welke sterk bij ons leeft, en, eerlijk gezegd, kan ik mij niet goed voorstellen, waarom de Minister juist op dit terrein nog niet met een wetsontwerp is gekomen, want de gehele procedure van de Ruilverkavelingswet duurt lang en is kostbaar en ik meen te weten, dat er reeds voor 20 jaar aanvragen voor ruilverkaveling zijn als in het huidige tempo wordt voortgegaan. Als men een procedure wil volgen, die weinig geld kost en vlug resultaat oplevert, dan geloof ik, dat een beperkte ruilverkaveling 19

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1950 | | pagina 19