waarvan latere documenten ons leren, hoe een en ander function-
neerde, bestonden dus zelfs reeds onder de Ille Dynastie. Waar
schijnlijk klimt de ouderdom van kadastrering voor verschillende
doeleinden op tot de Ie Dynastie, aangezien de veelgenoemde steen
van Palermo ll5) wijst op een onder de regering van de vijfde
koning van de Ie Dynastie plaatsgrijpende telling of beschrijving
van alle personen in de nomes van het Westen, het Noorden en het
Oosten. 14
De beschrijvingen of tellingen, waarover het gaat onder
Neterisnou, betreffen dus nog de bevolking, maar onder de derde
koning van de He Dynastie weten wij dat ze tevens inhouden de
beschrijving van ,,het goud en de velden." 1516)
Bij het begin van de 19e Dynastie (1580 v. Chr.) waren er
in het z.g. Nieuwe Rijk reeds overvloedig veel papyri.
Na de verovering van Mageddo in 1483 v. Chr. (de eerste
stad die Thoutmes III nodig had voor zijn invasie in Kanaan)
werden alle velden van de stad door de controleurs des konings
gemeten voor het schatten van de oogst. Egypte haalde daar
207000 schepel koren voor de koninklijke magazijnen.
De overblijfselen uit het oude Egypte en uit de omringende
landen zijn zeer talrijk. Uit het Babylonische Nineve kennen we
meer dan 12000 kleitafeltjes uit het paleis van Assurbanipal, (668
626 v. Chr.); de Egyptische en Ptolemeische perioden kenden
reeds de voorzorg, om twee akte-exemplaren van een transactie
op verschillende plaatsen op te bergen. Een voorbeeld van deze
zorg ziet men o.m. in Rubensohn, Elephantine Papyri 1907, blz. 8.
Er valt veel te leren uit de Elamitisch-Semitische contracten, ge
publiceerd door P. Vincent Scheil (Mém. IV).
Het rechtskundige en het sociale leven van het oude Egypte
kan men vrij goed reconstrueren uit de verscheidene resten. De
papyri en de stenen met inscripties vullen de kennis nog steeds
aan. De documenten over het Babylonische recht vinden we in
de wettenverzameling van de 6e koning der le Dynastie,
Hammoerabi, (een groot aantal akten, behorende tot de periode
20001700 v. Chr. en een groep uit de neo-Babylonische tijd
(625538 v. Chr., eigenlijk tot 100 v. Chr.).
Deze akten, grotendeels ontdekt in de ruïnen van de voornaam
ste steden van Mesopotamië, waren geschreven op tabletten van
gedroogde klei of op klei, gebakken in de oven; 1414 stuks er van
50
14Jacques Pirenne, Histoire des institutions et du droit privé de I'ancienne
Égypte, deel I ,,Des origines a la fin de la IVe Dyn.", Bruxelles 1932, blz. 163
e.v. en deel II ,,La Ve Dynastie" Bruxelles 1934.
15J. H. Braested, Ancient Records, deel I. blz. 137.
10G. Dykmans, Histoire économique et sociale de l'Ancienne Égypte, deel
II, blz. 46 (Paris, 1936).