In 1786 vond men de eerste koudourrou aan de oevers van
de Tigris bij Bagdad. Naar de ontdekker, de botanist Michaux
noemt men hem ,,le caillou Michaux". Later, in de 2e helft van
de 19e eeuw vond men in Chaldea vele andere. 19
Voor de geschiedenis van de grondeigendom zijn deze koudour-
rous van grote betekenis. Men plaatste de stenen op het land van
de verkrijger, vaak in het midden. Het was een manier van
bekendmaken. Omdat dikwijls de hele oppervlakte van de steen
met inscripties bedekt is, heeft men wel opgemerkt, dat het een
vreemde manier van bekendmaken was, als men een deel van de
daarop gestelde akte begroef. Er zijn echter minstens 2 koudour-
rous (genummerd King 4 en 5 naar de beschrijver20)) waar de
onderste delen niet beschreven zijn, blijkbaar omdat het de be
doeling was, ze met die delen in de grond te plaatsen.
Men behoeft daarom nog niet te aanvaarden, dat de duurzame
publiciteit van de eigendomsverkrijging de ware reden van hun
bestaan was. In Chaldea immers was die publiciteit niet een voor
waarde van goede verkrijging, zoals later in Griekenland en in
het moderne recht. Het voornaamste doel zal wel geweest zijn,
de eigendom te stellen onder de bescherming der goden (volgens
anderen ,,de consacrer la transformation d'une propriété de ville
en une propriété privée...").
Maspero20c) schrijft ook, dat ,,la propriété était placée sous la
garantie des dieux, et la transmission ou la cession 's accompagnait
de formalités moitié religieuses, moitié magiques; la partie livrante
prononqait, contre quiconque oserait a l'avenir contester l'authen-
ticité de l'acte, des exécrations dont le text était affiché dans
un coin du champ, sur un galet ovale en basalte ou en pierre
duré..."
De stenen behoren tot een bepaald tijdvak en zijn gebruikt in
de gevallen, waar de autoriteit van de wet machteloos was om
het respect voor de eigendom te verzekeren.
Het gebruik van koudourrous om de verkrijging te constateren
van terreinen, toebehorende aan een tribu (een stam) heeft zich
gehandhaafd onder de IVe Babylonische Dynastie en de 2e van
Isin (welke Dynastie begint bij Marluk-sapik-zêri in 1170 v. Chr.).
Uit verschillende opschriften blijkt, dat er bij overdrachten en
schenkingen gemeten werd. Zo lezen we b.v. op de steen, in het
Brits museum genummerd 105 (90841) King 7, blijkens de
inscriptie bevattende de aankoop door een koninklijk officier van
5 gur korenakkers aan de oevers van de stroomHet terrein
52
19Wm. Hinke, A new boundery-stone of Nebuchadrezzar I from Nippur,
1908, with 52 gravures.
20L. W. King, Babylonian boundery-stones and memorial-tablets in the
British museum met platenatlas 1912.
2°c) G. Maspero, Histoire ancienne des peuples de l'Orient classique biz. 762,
dl. I, Paris 1895, Librairie Hachette et Cie.