In de tijd van de nomaden bestond eigendom van onroerend
goed niet. Door uitbreiding echter van het tentenbezit en het aan
tal voorraadschuren, het gedwongen langere verblijf op bepaalde
plaatsen ontstond het noodzakelijke bezit van velden, wijngaarden
en huizen.
De gecultiveerde grond werd eigendom van families (gezin
nen), de weiden bleven communaal (tribu-) bezit. Dit grondbezit
bleef lang onvervreemdbaar. De oudste werd daarna erfgenaam
(zie de wet van Hammurabi).
Gedurende de Ille en IVe Dynastieën 28952680 v. Chr.)
vinden we voor de administratie Egypte verdeeld in 42 nomes:
22 voor het Z.-deel, 20 voor het Noorden.
De regering wordt in volmaakte harmonie gevoerd door:
1. de totem, die zijn naam geeft aan de provincie en een tempel
en geestelijkheid bezit; 2. de god van de hoofdstad der nome,
dikwijls een universeel" god, geïntroduceerd door de dienaren
van Horus (deze god heeft de voornaamste tempel en de hoogste
geestelijkheid) en 3. de koning, die in persoon resideert in het
kasteel van de hoofdstad (of wel daar door een nomarque is
vertegenwoordigd) en die de werkelijke macht bezit.
Uit zijn eigen familie en uit zijn begunstigers koos de Pharao
het personeel, dat in zijn naam deze drievoudige autoriteit
hooghield. 8)
Het grondbezit van de tempels werd (heel handig) genoemd
,,de akkers van God" of ,,goed van God." Als men bedenkt, dat
uit de oorkonden van Ramses III (die ons voor de eerste maal
in het verloop van de Egyptische geschiedenis de gehele omvang
van de tempeleigendommen geven) blijkt, dat niet minder dan
1^4 waarschijnlijk zelfs 2 van de gehele bevolking als slaaf
aan de tempels behoorde, en de landerijen, over welke de heilig
dommen beschikten, =b 15% van het cultuurland besloegen,83)
dan was zo'n bijzondere naam dus wel gewenst.
De nomarque is er de landsadministrateur; hij vertegenwoordigt
de koning in zaken van politie, justitie en exploitatie van de bodem.
Onder de nomarque staan de stadsregenten. Ieder dorp is een
grote boerderij, geëxploiteerd door de staat; overal zijn voedsel-
depöts onder controle van de staat.
In de centrale Directie van het landsbestuur is o.m. ook onder
gebracht het kadaster van de Domeingronden en van de geschon
ken goederen» Er waren 4 Huizen": één voor de wetten en
besluiten, één voor de archieven, één voor de voeding en één voor
de akten (documenten). Bovendien soms nog een kamer van
Justitie, genoemd de kamer van Horus.
47
8) Compte Rendus Académie des Inscriptions 1916, blz. 378: L'administration
locale sous l'Ancien Empire.
8a) Alan H. Gardiner, Papyrus Anastasi, IV, blz. 167).