negeerde, evenals in de voorgaande stukken, de delen kleiner dan een kwart gan, (omstreeks 6 are) voor de velden. In de documenten uit de le Babylonische Dynastie, op het einde van het derde millenium en begin van het tweede is de benadering voor de oppervlakte van bebouwde terreinen reeds 1/240 sar 1/7 m2). Het samenstel der maten toont ons duidelijk, dat men rekening houdt met stukken, die bijgeteld en afgetrokken moeten worden. In wezen was de methode niet zo erg verschillend van de huidige. Deze Chaldeeuwse plans doen denken aan die, welke wij ook zul len vinden bij Heron van Alexandrië, 12a, 122000 jaren later. Zij zijn alleen wat minder systematisch. Het overgrote deel van de documenten is gevonden in Opper- Egypte en slechts zeer weinige komen uit de Delta. Uit de tijd =h 19061888 v. Chr. in het Thebaanse Middenrijk kennen we de grote inscriptie in de schone hypogée van Khnoumhetep, de langste historische inscriptie van deze periode. Hierin komt o.m. voor, dat Amenemhet I zelf de provincies in specteerde en daarbij de grensstenen van de eigenaren herstelde en ze duurzaam maakte als de hemel, hun wateren onderschei dende naar de beschrijving in de boeken (van het kadaster), wegens zijn grote liefde voor recht. (Deze pharao was de krachtmens na tijden van verslapping op het einde van de Vie Dynastie. Hij deed de nomarques weer treden in het gareel van de ambtenaar Reeds toen was het voorschrift, dat alle mutaties van goederen tussen families aangegeven moesten worden. In de bureaux wer den de waarden getaxeerd. Deze schattingen vormden de basis voor een belasting op de verkopen en testamenten. De schrijvers van het kadaster bleven aldus steeds op de hoogte van de per sonen, die belast moesten worden. 13 De biografie van Meten toont ons dat elke acte, waarbij muta ties van roerende en onroerende goederen plaats vond, aan getekend en ingeschreven werd in de archief-registers, terwijl een authentiek afschrift (a nisout of Koninklijk geschrift) werd ver strekt aan partijen om als bewijs en titel van aankomst te dienen. Deze diensten van inschrijving der acten en van het kadaster, 49 12Moritz Cantor, Die Römischen Agrimensoren und Ihre Stellung in der Geschichte der Feldmesskunst, Leipzig 1875. Henry Th. Martin, Recherches sur la vie et les ouvrages d'Heron 12a) Frans Ilowsky, Der Feldmesser Heron von Alexandriën (in: Zeitschrift der Österr. Ing. und Arch. Vereines, Heft 27/28, jaar 1928, blz. 252253). 13Alex. Moret, Histoire de la nation Egyptienne, Tome II „l'Égypte Pharaonique, blz. 241, 296.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1950 | | pagina 9