kopiëerd van de rol van het vorige jaar; de administratie moest
worden bijgehouden en deze bijhouding nu is het juist, wat elke
fiscale kadastrering karakteriseert.
Herodotus (II, 177, 2) spreekt nog van een ander soort op
gave: ,,Het is Amasis," schrijft hij, „die ook aan Egypte de wet
gaf, volgens welke iedereen jaarlijks aan de koning zijn bestaans
middelen moet opgeven; hij die de opgave niet verstrekte, of
belastbare bronnen achterhield, kreeg de doodstraf."
Hetzelfde is, ongeveer met dezelfde woorden, bericht door
Diodorus van Sicilië (I, 77, 5). Dit kan echter alleen maar een
politiemaatregel zijn geweest. Als ook deze verplichte opgaven
een fiscaal doel hadden, konden zij toch slechts dienen voor een
persoonlijke belasting en zeker niet voor de grondbelasting.
In de dynastieke tijd was de tendenz in de administratie deze,
dat men door de aangiften der belastingplichtigen de arbeid voor
de heffing vergemakkelijkte. De basis dus was de aangifte, maar
deze diende slechts als punt van uitgang voor de verificatie en de
metingDit onderzoek en de daarmee samengaande metingen zijn
het, die werkelijk de fiscale kadastrering daarstellen.
De documenten van de dynastieke tijd kunnen ons trouwens
alleen maar de oudheid doen zien van de methode; de bewijs
stukken van volgende tijdperken veroorloven ons, de hele tech
niek te bekijken.
Het Egyptische kadaster is geen kohierenverzameling; het is
een bijhoudingsdienst, waarbij men nieuw-opgemaakte staten
(lijsten) bijwerkt en aanvult uit bestaande staten.
De stukken worden gezonden aan de bureaux voor de admi
nistratie der Financiën.
Het Egyptische kadaster is een fiscaal kadaster en niet (naar
zijn aard) een grondregister, m.a.w. het vormt de basis voor de
belastingomslag, maar is niet een garantie voor de eigendom.
Ook in latere eeuwen nog niet.
98