Het opgemeten gebied, verwerkt in de statistieken van deze
papyrus, beslaat zeker 90 mijlen in Midden Egypte (vol. II,
Commentary)
Hoewel de arbeid te velde van deze landmeters wel in de volg
orde van de ligging der landerijen moet zijn ontstaan, vindt men
de resultaten heel anders gerangschikt, namelijk onder de hoofden
van eigendomsinstituten, meest tempels, maar ook andere, de
Kroon inbegrepen.
Het lijkt daardoor meer op een grootboek dan op een normaal
kadastraal overzicht.
Men heeft getracht, de verscheidene voorstellingen op graf-
muren te verklaren en daarbij is de aanwezigheid van sycomoren
aangegrepen, om te spreken van godsdienstige handelingen. Hoe
wel zeer vroeg de godsdienst inderdaad met meetwerk en grens-
vaststellingen werd verweven, is dat met de heilige bomen" geens
zins zeker. We zien de sycomore vaak bij de dodencultus, maar
dan vindt men tevens de godin Nut tussen de takken, een blad
met voedsel vooruitstekende en koud water uitgietende voor de
overledene en zijn geest.
Deze symboliek zien we op de nuchtere afbeeldingen met land
metend personeel nergens.
In Khaemhet's graf hangt er wel een wijnzak in de takken van
de boom. In het graf van Nakht hakken arbeiders zonder enige
ceremonie de sycomoren om. De leidende ambtenaren stallen er
hun wagens, soms met 4 paarden naast elkaar bespannen, en nut
tigen er hun middagmaal 30) 48
In een vorig artikel wezen wij nog op een ander voorbeeld,
waaruit wel de belangrijkheid van de landmeetkundige arbeid
bleek. Hoge ambtenaren lieten zich namelijk dikwijls afbeelden
met datgene, wat voor hen het embleem was van hun gewicht,
n.l. met een opgerolde meetsnoer.
Uit de serie van grotere en kleinere standbeelden van dit genre
hebben wij hier opgenomen het in het Mei-nummer vermelde, dat
de schrijver Penanhuret, Hoofd van de korenschuren (en als zo
danig ook belast met de leiding van het korenmeten) voorstelt.
De man is versierd met het pantervel, zijn priesterornaat, dat
van zijn schouder afhangt. Uit het meetsnoer steekt de kop van
de Amonsram, een brilslang en meetpennen. Het eind van de lijn
is als een gordel om het lijf van de knielende figuur geslagen en
aan de rechterzij geknoopt49).
Penanhuret leefde in de tijd van Amenophis II. Het standbeeld
staat in het museum te Cairo.
134
48) Preisigke, Antikes Leben, blz. 25.
49) Ludwig Borchardt, „Statuen von Feldmessern" in: Zeitschrift für Agyp-
tische Sprache und Altertumskunde, 1905, 7072.