zekeren van grenstekens; het noteren van hoek- en lengtemetingen; metingen met de lat en met de band; het opnemen van gebouwen en details middels schetsen; het bepalen van de hoogte met de zichtlat en met het waterpasinstrument. Dit terreinwerk mag ge middeld per jaar niet meer dan 4 maanden in beslag nemen. De werkzaamheden op kantoor bestaan o.a. uit: het maken van afpalingsschetsen; het voorbereiden van het veldwerk; het teke nen van veelhoeken, kadasterplans en overzichtskaarten; het ink ten, beschrijven en kleuren van kadasterplans 1 500 tot 1 10000; het inkten van overzichtskaarten 1 5000 en 1 10000, alsmede van hun reproducties; het vergroten en verkleinen van kaarten; het maken van calques; het bepalen van oppervlakten uit coördi naten, halfgrafisch en met de planimeter; het overschrijven van hoek- en lengtemetingen en van berekeningen; het uitwerken van registers en tabellen; het berekenen van eenvoudige waterpassin gen en het tekenen van lengte- en dwarsprofielen. Bovendien moet de leerling een map aanleggen van alle volgens gegeven model-voorbeelden zelfstandig door hem gemaakte teke ningen en kaarten. Deze map met inhoud dient dan bij het examen te worden overgelegd. 10. Gedurende die vier jaren, welke de leerling bij een par ticulier landmeter doorbrengt, moet hij eens per jaar een vakcursus volgen aan de „Gewerbeschule" (nijverheidsschool met ca 10.000 leerlingen) te Zürich, waartoe zijn werkgever hem laat inschrijven bij de kantonale overheid. Deze op haar beurt zorgt weer voor de aanmelding bij de „Gewerbeschule". De leerling krijgt van de particulier landmeter voor deze 4 cursussen buitengewoon verlof mét behoud van loon. De cursussen staan onder de auspiciën van de ,,Schweizerische Verein für Vermessungswesen und Kultur- technik" en van het Verband schweizerischer Vermessungs- techniker". De kosten dezer cursussen worden verdeeld onder de Bond, de Kantons en de Gemeenten naar verhouding van het aantal leer lingen. Kantons en Gemeenten samen betalen per leerling niet meer dan 70 Zw. frs. voor Cursus I en 120 Zw. frs. voor de Cursussen II t.m. IV. Eventuele tekorten worden gedekt door voornoemde Verenigingen. Het begin van cursus I wordt tweemaal tijdig in de vakbladen dezer Vereniging gepubliceerd. Het totaal aantal lesuren der 4 cursussen bedraagt 800900 en wordt als volgt over de jaren verdeeld: le leerjaar, Cursus I, 4 weken direct na de lentevacantie; 2e leerjaar, Cursus II, 67 weken vóór de wintervacantie; 3e leerjaar, Cursus III, 67 weken na de wintervacantie; 4e leerjaar, Cursus IV, 67 weken vóór de wintervacantie. 219

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1950 | | pagina 15