stenen of kudurru's, waarop van de terreinen, door een koning geschonken, alle maten waren vermeld 86). Ook de inhoud van de bekende Wilbour papyrus 87steunt ons betoog, dat de sta als oppervlaktemaat van 2736 m2 werd gebruikt. In Saqqara werd enige tijd geleden een kalksteenplaat gevonden van 12 X 18 X 5 cm, waarop aan de ene zijde met rode inkt een curve met ingeschreven maten is getekend. Het is een met- selaarsdiagram uit de Ille Dynastie, (zie fig. 9 en 10 op blz. 209). Men neemt aan, dat, aangezien de plaat lag in de nabijheid van de resten van een solied gebouw met zadelrug, het diagram heeft gediend bij de constructie van die zadclrug. Een aanwijzing daarvoor is gelegen in de overeenkomst van de vormen van diagram en gebouw-resten. (Een deel van een ellips is het niet.) In de 5 ruimten gevormd door de curve en de verticale lijnen, staan maten op de volgende wijze opgetekend: 1 el, 3 palmen, 1 vinger (=41 vingers) 2 el, 3 palmen, (=68 vingers) 3 el, (=84 vingers) 3 el, 2 palmen, 3 vingers (=95 vingers) 3 el, 3 palmen, 2 vingers (=98 vingers) Het is duidelijk, dat elke maat correspondeert met de hoogte van de verticale lijn links er van en dat alle lijnen vanuit een zelfde punt zijn afgepast. Aldus ontstaan punten op de gebogen lijn. De afstanden tussen de verticale lijnen zijn niet gegeven. Zeer zeker zijn die afstanden gelijk. Neemt men voor die afstand de Egyptische el, (=28 vingers) dan vindt men de overeenkomst in vorm met de zadelrugboog. Meetgetallen van de grote pyramiden zijn niet gevonden. Men mat echter vrij nauwkeurig88). De zijden van het steengevaarte, welks grondvlak was bedoeld te zijn een vierkant, hebben een lengte van: N. 9065.1 inches, Z. 9073 inches, O. 9070.5 inches, W. 9069 inches. Een theodoliet gebruikte men zeker niet, maar de hoeken weken weinig af van de rechte (N.O. 90° 3'2", Z.O. 90°3'33", Z.W. 90° 0'33'' en N.W. 90°0'2"). Ten opzichte van het Noorden zijn de afwijkingen ook gering, n.l. de W. zijde wijst 2'30'' West, de O. zijde 5'30" West van het Noorden, de N. zijde 2'28" Zuid en de Z. zijde l/57// Zuid van het Westen. 210 8e) Cabinet des Medailles, 702 Peiser KB, IV, 78. „Louvre" 14, col. 1, 814 Mémoires VI, 39. 87The Wilbour papyrus by Alan H. Gardiner, vol. Ill, Oxford Univ. Press 1948. 88) Borchardt, Langen und richtunqen der vier Grundkanten der grossen Pyra- mide bei Gise en: Cole, Survey of Egypt, paper 39.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1950 | | pagina 6