Dc naam: Harpedonapt 89
De Griekse wijsgeer en natuuronderzoeker Demokritos van
Abdera, die leefde tussen 460370 v. Chr. en die door de traditie
soms als ,,de lachende" filosoof gesteld werd tegenover Heraklei-
tos als „de wenende", zei van zichzelf: in het construeren van
lijnen en in de bewijsvoering heeft niemand mij overtroffen, zelfs
niet de zogenaamde Harpedonapten der Egyptenaren. De meeste
geschiedschrijvers der Griekse literatuur zowel als de Mathema-
tici nemen de echtheid van dat gezegde aan. Tot Seti I, dus tot
1400 v. Chr., vindt men inscripties, die het bestaan van Harpe
donapten in Egypte bewijzen. Het woord betekent: touwspanner
(ook touwknoper; Gr. (kpmSóurj lang touw, Sctztio aanknopen,
hechten).
De oudste woordenboeken kennen het woord niet. Volgens de
wiskundige Heath is de juiste betekenis: „rope-fasteners, applied
to Egyptian geometers"; Cantor meent, (lees: Geschichte der
Mathematik 1, 104) dat zij een rechte hoek moesten construeren
met een touw, waarvan de 12 lengte-eenheden door knopen in
3 stukken van 3, 4 en 5 eenheden waren verdeeld, maar in de
oorkonden is alleen sprake van een soort eerstesteenleggingscere
monie, waarbij de koning „het touw houdt en spant." Nissen zegt,
dat het architecten en ingenieurs waren. De meeste anderen spre
ken van H. alleen als: landmeters. 90)
De ceremonie, genoemd pd ss „het strekken van het koord" was
vermoedelijk alleen bedoeld als een vastlegging van de Noord-
Zuidrichting bij de tempelbouw.
Als strekker van de meetkoord bij elke eerste-steenlegging, bij
het uitzetten van de grenzen van een bouwwerk, zelfs voor het
opmeten van de stadsomtrek komt de Harpedonapt ook in de Bijbel
voor ((Job 38, 5: Wie heeft hare maten gezet, want gij weet het,
of wie heeft over haar een richtsnoer getrokken? maten zetten
of plan vaststellen maten op de papyrus inschrijven); Zacharia
1,16: en het richtsnoer zal over Jeruzalem uitgestrekt worden;
Zacharia 2, 12: Wederom hief ik mijn ogen op en ik zag, en
zie, daar was een man, en in zijn hand was een meetsnoer. En ik
zeide: Waar gaat gij henen? En hij zeide tot mij: Om Jeruzalem
te meten, om te zien hoe groot hare breedte, en hoe groot hare
lengte wezen zal)). Hier gaat het niet om de oriëntatie, om de
richting, maar zeker uitsluitend om de vaststelling van de maten.
211
89artikel: „die Harpedonapten" van Salomon Gandz, opgenomen in: Quellen
und Studiën zur Geschichte Math., Astronomie und Physik, abt. B studiën, Band
I, Berlin 1931.
90Eduard Röth, Geschichte unserer abendlandischen Philosofie, Mannheim,
1862, II, blz. 589 en II, 2 blz. 144.