2* Vlakdruk of offsetdruk*
Een voor mij onbekend procédé was de vlakdruk of offsetdruk.
Een toepassing hiervan werd gedemonstreerd met het prachtig uit
gevoerd personeelsblad van de Marine. De tekst wordt getikt met
een Vari-typer, een schrijfmachine in een speciale uitvoering, die
drukwerk-schrift levert. Deze tekst wordt met de bijbehorende foto's
op de lay-out afdeling gemonteerd. Langs fotografische weg ver
krijgt men dan een negatief op papier film, van welk negatief door
contactdruk op een aluminiumplaat een afdruk wordt vervaardigd.
Het is echter ook mogelijk direct op de aluminiumplaat te typen,
of het met potlood of inkt te beschrijven, zij het dan ook met z.g.
autografisch schrijfmachinelint, potlood of inkt.
Dit positieve beeld op aluminium wordt in een drukmachine ge
plaatst. Gedurende het drukken wordt het beeld met een inktrol
in contact gebracht. Men zal zich afvragen, hoe het mogelijk is
om van een vlakke plaat te drukken. Dit heeft men opgelost door
de eigenschap te benutten, dat vet vocht afstoot. Het aluminiumblad
is namelijk vetgevoelig gemaakt. Na het opbrengen van het beeld
wordt de plaat zodanig behandeld, dat alleen nog het beeld vet
aantrekt. De inktrol in de drukmachine, die omgeven is door een
dunne vochtfilm, brengt vette inkt op de beeldplaatsen, doordat op
die plaatsen de vochtfilm doorbroken wordt. Wanneer de plaats
aldus van inkt is voorzien neemt een rubberrol dit inktbeeld over en
drukt het op papier. Op de Haagse tentoonstelling zagen wij een
dergelijke afdruk van een foto, die nauwelijks van het origineel
te onderscheiden was.
Een aldaar in werking zijnde offsetdrukmachine had een capaciteit
van 6000 afdrukken per uur. Het aantal drukken, dat via één
aluminiumplaat kan worden verkregen, is onbeperkt. Bij het Leger
maakt men er 70.000.
3* Océ- en ozalid-procédé.
Van de chemische Fabriek L. van der Grinten te Venlo is bekend
het „Océ-procédé". In grote lijnen komt dit overeen met de „Ozalid"
reproductietechniek, echter met een belangrijk verschil. Het heeft
namelijk een halfnat ontwikkelprocédé, in tegenstelling met de
,,Ozalid"-methode, die geheel droog ontwikkelt, door middel van
ammoniakdampen, zoals in een vorig artikel is beschreven. Evenals
Ozalid" is ook „Océ" een diazo-materiaal, waarvan de diazolaag
door de belichting wordt ontleed, zodat zij na de belichting geen
diazoverbinding meer, doch slechts nog haar ontledingsproduct
bevat.
In de niet belichte partijen (lijnen e.d.) blijft de diazoverbinding
bestaan. Door aan deze verbinding z.g. azokleurstofcomponenten
toe te voegen, verkrijgt men als reactie sterk gekleurde verbindingen,
m.a.w. het beeld, de kopie van de belichte calque, komt te voor-
90