enige centurionen vooruitstuurt om de legerplaats uit te kiezen,
komt onder Antonius reeds een peritus metator et callidus voor,
die het beroep van legerplaatsmeter als vast beroep uitoefent.
Deze in dienst der regering vast aaangestelde landmeters dragen
de bijzondere naam van togati Augustorum en auctores (aan de
Kunst en de meestergraad daarin, is de naam professor, later
artifex ontleend, aan de meetinstrumenten de namen metatores,
mensores, decempedatores, gromatici). De metatores komen vaak
voor als niet-opgeleide helpers van de gromaticus, maar beide alleen bij
de legerplaatsmeters.
Naar de bezigheid gezien, waren er nog de mensor agrarius,
later agrimensor en naar de rang arbiter en inspector, ook voor
de militaire ingenieur.
Voor niet-militaire metingen werden vaak militairen genomen;
men verlangde daarbij geen juridische of militaire opleiding, maar
een genoegzame theoretische en praktische kennis van de meet
kunde bleef noodzakelijk. Hij die deze kennis door voorbereiding
voor het rijksonderzoek had bewaard, kon op aanstelling rekenen.
Met de Agrimensoren, die van staatswege ook de ambtenaren,
die ze nodig hadden, kregen toegewezen moet men niet de Hof-
en reisbedienden (mensores nostri) vereenzelvigen. Deze laatsten
zijn ondergeschikten.
De burgerlijke landmeter bewoog zich deels op het gebied van
het notariaat in niet-omstreden grenszaken, deels op het gebied
van het rechtersambt, de advocatuur en de arbitrage bij grens
geschillen (zie Pauly's Real-Encyclopadie der Classischen Alter-
hunswissenschaft, neue bearbeitung von Georg Wissowa, Stuttgart
1894) en „Klio" XXIV, 1931, blz. 247.
Bij terrestrische metingen, welke op de kruisvorm berusten, n.l.
bij het bouwen van vestingen en legerplaatsen, bedienden de Auguten
en Mensoren zich tot aan de tijden van Ennius en Lucilius van
een metalen meetinstument, het gebruik waarvan de Romeinen
van de Etrusken, deze van de Grieken en die waarschijnlijk weer
van de Babyloniërs overnamen.
De naam van deze „machina" of „machinala" is stella naar de
kruis- of stervorm; de oude auteurs beschrijven het verschillend.
(Hyginus spreekt van een eenvoudig kruis, Gaius en Theodosius
noemen het een ster, die gebruikt werd om de in de aarde ge
slagen eikenpal en terug te kunnen vinden.)
Het buitenlandse woord groma heeft daarnaast in Italië burger
recht gekregen en aan de gromatici de naam gegeven.
Deze stella of groma is een dubbele Diopterlineaal, samengesteld
uit twee elkaar rechthoekig snijdende armen, aan de einden waar
van de hemelrichtingen aangegeven werden en gewichtjes waren
aangebracht. Met hulp van deze richtte men. De groma heeft dus
grote overeenkomst met de Chorobates, die Vetruvius beschrijft.
131