hij let er op, of de hoekstenen rechte hoeken maken met de zij-rijen. (Zie o.a. Wenger, Festschrift Grabmann, 1925, 1422.) (Wordt vervolgd Opgaven mei landmeetkundige inslag Opgave XXVIII Over deze opgave is eigenlijk niet veel te vertellen, de weg wijst zich van zelf. Onze berekeningen voeren wij uit in een coördinatenstelsel met E als oorsprong en EA als Y-as. Tot slot moet dan de trans formatie van twee punten plaats vinden van dit stelsel naar het stelsel met P als oorsprong en PQ als Y-as. De coördinaten van D en M, het middelpunt van cirkelboog AB, zijn gauw gevonden. CM is dus bekend. Hieruit leiden we CB af en zo staat ons nu ook de middelpuntshoek M ter beschikking. Voor het oppervlak van het gehele bouwterrein vinden we 15491,37 ca. Vervolgens bepalen we de ordinaat van het snijpunt S van EA en DC en het oppervlak van A SDE. Van A SKL KL is de gevraagde deellijn, K op CD gelegen en L op AE is het oppervlak vast te stellen, ook zijn van deze driehoek alle hoeken te berekenen. Met behulp van de formule 2 O a2 s*a P s*n Z bepalen we de lengte van SL. sm Ook kunnen we b.v. door D een rechte DN//KL aanbrengen (N op EA gelegen), het oppervlak van A SDN bepalen en uit de betrekking Opp. A SDN: Opp. A SKL SN2 SL2 de lengte van SL afleiden. Hierna bepalen we de coördinaten van K en tot slot de trans formatie van KL. Voor de gevraagde maten vinden we R is het voetpunt van loodlijn KL PR 86,97 m, RL 53,51 m en RK 167,27 m. De oppervlakte der delen bedraagt 7746 ca. Goede oplossingen ontvingen we van de heren S. de Boer, M. H. Davids, J. Dubbeld, J. H. Holsbrink, W. van Keppel, A. Klaver boer, B. F. Osinga, A. van Prooijen, J. Serier en A. A. Toornstra. Opgave XXIX Dit is een opgave, ontleed aan de praktijk. Uit onderstaande gegevens moeten de coördinaten van D en E worden berekend. 135

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1951 | | pagina 19