mtn. iMmum hunton Ihsn MÉi. na mé om het vaste punt A beweecht wort en dat aen dese in B een ander liniael BED vast gemaeckt is dewelcke om het selve in 't wijders in BD eenig punt Enaer gevallen tussen B en D, of oock in deselve buuten D verlengt zijnde; soo zij als vooren BD ghelijck AB: Dan seg ick j soo men 't punt D beweegt langs de rechte AD dat het punt E door die beweeging op 't selve vlack den omtreck van een Ellipsis beschrijven sal wiens centrum is A, en dwerssche asse gelijck aen 't dobbel van ABBEen rechte asse ghelijck aen 't dobbel van DE Het welck dan te be wij sen is. Het aardige meetkundige bewijs van Frans van Schooten kan met weglating van overtolligheden in figuur en tekst als volgt worden samengevat. P^s op BA af een stuk BF BE en op 't verlengde van AB een stuk BI BE. Beschrijf met A als middelpunt twee concen trische cirkels, de grootste met straal AI a, de andere met straal AF b. Y Omdat AB BD en FB BE, zal FEAD. Wegens BE BF BI zal L IEF recht zijn, zodat in ver band met het voorgaande IN lood recht op AK staat. Uit A AIN A AFO volgt nu IN FO AI AF, of, omdat EN FO: IN EN a b. Voor elk punt E van de beschreven kromme geldt dus, dat het geacht kan worden te zijn ontstaan door de ordinaten van de punten I van de grote cirkel (middelpunt A, straal a) in de ver houding b a te verkorten. De figuur, op deze wijze uit de cirkel ontstaan, is een ellips met grote as 2a en kleine as 2b. Tot zover Van Schootens meetkundige verklaring van zijn ellipsograaf. Dat verkorting van de ordinaten in een vaste verhouding de cirkel in een ellips doet overgaan, is met analytische meetkunde heel eenvoudig in te zien. De vergelijking van de grote cirkel is x2 y2 a2 of y v' a2 x2. De kromme door punt E beschreven, heeft dus de vergelijking y Va2 x2, wat met weinig moeite te her- 13

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1952 | | pagina 14