men dus het eerste overslaat. Men oriënteert nu met de boussole, waarvan de kast evenwijdig geplaatst is aan de vroeger getrokken noordrichting en bepaalt vervolgens met de vizierliniaal de afstand naar het eerste veelhoekspunt (en ook de hoogte!). Men past dan in de schaal van de te vervaardigen kaart deze afstand af op het papier vanuit dit eerste veelhoekspunt in de richting van het tweede en vindt zo de plaats van dit tweede veelhoekspunt op het papier.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1952 | | pagina 16