Voor de afleiding van deze formule verwijzen we naar boven genoemd artikel. We vinden 2s 290,885 en p 1296,605, waarna voor de coördinaten van P volgt: P 2463,320 4178,142 Nu nog de coördinaten van F en H. Daarvoor moeten we het argument kennen van FH. We berekenen eerst FLP a en stellen nog FPL cp (p s)2 2 e2 cotg a cotg <p' Hieruit kunnen we cp bepalen. We vinden cp 100,2418, waarna zonder veel moeite voor de coördinaten van F en H volgt: F 2462,45 4404,58 H 2164,15 3961,71 Tot dit zelfde resultaat kunnen we ook komen door de methode toe te passen, zoals beschreven staat in De Vos, Lagere Geodesie, blz. 245. [L en M zijn respectievelijk weer de snijpunten van EG met AB en DC. We stellen als bij de eerste oplossing LM 2s, ópp. A PMH d2 en opp. A PFL =7 é2, PLF a en nog HMP terwijl we als onbekenden aannemen PL k en FPG 99.] We kunnen nu de volgende betrekkingen afleiden: - 0 k2 sin 99 sin a k2 2 e2 - sin (<p a) cotg a cotg (p (k 2 S)2 sin op sin (k 2 S)2 2d2 sin (99 d) cotg d cotg 90 Na eliminatie van cotg 99 volgt: d2 (k2 2e2 cotg a) e2 (k 2s)2 2d2 cotg Uitgewerkt geeft dit: (d2 e2) k2 4kse2 +4s2é2 2d2e2 (cotg a -f- cotg 0. Deze vierkantsvergelijking in k oplossende, vinden we één waarde voor k die voldoet, nl. k 1151,162. Na berekening van de coördinaten van P loopt de oplossing verder parallel aan de voorgaande. Oplossing met drie onbekenden» We nemen aan als onbekenden FB x, PG y en HC z en stellen verder AB a en CD c, de loodlijnen uit A en B op CD neergelaten resp. hA en hR de loodlijnen uit C en D op AB neergelaten resp. hc en hD de loodlijnen uit A en B op EG neergelaten resp. hAE en hBo de loodlijnen uit C en D op EG neergelaten resp. hCc en hDE 106

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1952 | | pagina 30