oorlog door gebrek aan arbeidskrachten en materialen zeer werd bemoeilijkt, bleven de aanvragen tot ruilverkaveling in grote getale binnenkomen. Evenwel waren er onder de aanvragen ook enkele die niet geheel ernstig konden worden genomen; zo vroeg een N.S.B. burgemeester ruilverkaveling aan voor het gehele gebied zijner gemeente, welk gebied uit zeer heterogene delen bestond, waarvan sommige in het geheel niet ruilverkavelingsbe- hoeftig waren. De Landstand vroeg ruilverkaveling aan voor de eilanden Voorne-Putten en Goeree en Overflakkee, een gebied ter grootte van 42.000 ha dat zeer zeker ook niet tot de meest ruil- verkavelingsbehoeftige delen van ons land behoort. Ook thans nog blijven de aanvragen toestromen. Bijgaande grafiek illustreert het voorgaande duidelijk. Het zal den lezers bekend zijn, dat niet alle aanvragen tot practische uitvoering hebben geleid of zullen leiden, waarvan de oorzaak gezocht moet worden in een van de onderstaande om standigheden. 1. aanvragen werden door de betrokken aanvrager(s) ingetrokken en behoefden derhalve niet in verdere behandeling te worden genomen (7 objecten). 2. aanvragen voldeden niet aan de in de Wet gestelde eisen en moesten dus van de hand worden gewezen (12 objecten). 3. in stemming gebrachte blokken hadden een negatief resultaat (29 objecten). In drie gevallen werd echter van Overheidswege bepaald, dat de ruilverkaveling toch doorgang zou vinden evenals of het besluit daartoe ware genomen. Voor één ruilver kaveling werd nadien dit besluit ingetrokken. 4. aanvragen hadden betrekking gebieden, die niet als ruilver- kavelingsbehoeftig konden worden aangemerkt en werden even eens van de hand gewezen (2 objecten). 5. voorts werd een 3-tal aanvragen van de hand gewezen omdat: abij uitvoering van een ruilverkaveling de betrokken eigenaren voor te hoge kosten komen te staan, b. niet voldoende medewerking van de belanghebbende kon worden verwacht, c. zonder droogmaking en ontginning van het object niet het gewenste resultaat van ruilverkaveling zou bereikt worden. Tegen deze maatregelen bestonden uit natuurschoonoogpunt bezwaren. 6. een 6-tal aanvragen zijn voorlopig niet in verdere behandeling genomen. Door bovengenoemde omstandigheden en in verband met het feit dat in 22 gevallen een ruilverkavelingsaanvraag met een andere aanvraag als één blok in behandeling werd genomen, werd het aantal objecten, welke gerubriceerd kunnen worden in een van de onderstaande tabel genoemde categoriën, van 500 terug gebracht tot 421. 155

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1952 | | pagina 35