100.000 ha gewonnen kunnen worden door inpoldering van schorren, slikken, wad, enz. Tenslotte zal het productief bodemareaal door ontginning van woeste gronden uitgebreid kunnen worden. De voorraad voor ont ginning in aanmerking komende woeste gronden bedraagt ver moedelijk niet meer dan 50.000 ha. In totaal zal dus tot het jaar 2000 door inpoldering, landaan winning en ontginning een directe landwinst kunnen worden be reikt van 280.000 ha. Tegenover deze winst staat het verlies aan cultuurgrond, dat voor het komende tijdvak van 50 jaren gevoeg lijk geschat kan worden op 140.000 ha. We hebben immers uit het voorgaande al gezien, dat het jaarlijkse verlies in de periode 19451950 gemiddeld ruim 2000 ha bedroeg, terwijl in 1950 dit verlies zelfs het dubbele was. Volgens deze berekening zullen dus slechts 280.000 ha140.000 ha is 140.000 ha in de grotere be hoefte aan voedsel, tengevolge van de bevolkingsuitbreiding kunnen bijdragen. Het is evenwel niet mogelijk de totale meerdere be hoefte aan voedsel te bevredigen op deze aangewonnen opper vlakte gronden, omdat hiervoor bij de huidige opbrengsten on geveer 500.000 ha nodig zijn, derhalve een tekort van 360.000 ha. Getracht moet dus worden het voortbrengend vermogen van de bestaande cultuurgronden door rationalisatie en intensivering te verhogen. Hiervoor zullen cultuurtechnische werken, die de be staande cultuurgronden in een betere productiestaat brengen, ons te hulp moeten komen. Tot de belangrijkste verbeteringsmaat regelen behoren 1. ruilverkaveling (verbetering van de bodemindeling); 2. verbetering van de waterbeheersing (waterafvoer, watertoevoer); 3. aanleg en verbetering van eenvoudige ontsluitingswegen; 4. ontginning van woeste gronden; 5. herontginning van reeds in cultuur zijnde gronden (egalisatie, breking of verwijdering van ondoorlatende lagen, enz.); 6. inpoldering en droogmaking van plassen. Ten aanzien van de bereikte indirecte landwinst door uitvoering van zulke werken geeft onderstaande tabel ons een inzicht. Hierin wordt voor de diverse soorten cultuurtechnische maatregelen de indirecte landwinst over de periode 19461 Juli 1952 aangegeven. De vermelde gegevens zijn verstrekt door de Cultuurtechnische Dienst (ressorterende onder het Ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening), die tot taak heeft de uitvoering van cul tuurtechnische werken te bevorderen. Uit deze tabel blijkt dat de categorie boerenwerken dit zijn de kleine cultuurtechnische werken die op de landbouwbedrijven worden uitgevoerd, zoals kleine ontginningen, egalisaties, drainages en andere grondverbeteringen het grootste aandeel (39,6 leverde in de over het meergenoemde tijdvak totaal gewonnen oppervlakte „nieuw land 174

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1952 | | pagina 10