Uit het voorgaande is dus wel komen vast te staan, dat cultuur technische werken een belangrijk steentje bijdragen om de agrarische productie te verhogen. Het is daarom een verheugend verschijnsel, dat de belangstelling van de landbouwende bevolking voor uit voering van zulke werken, zowel uit economisch als sociaal oog punt, met behulp van subsidie van het Rijk de laatste jaren toe neemt. Immers, niet alleen dat door cultuurtechnische werken het productievermogen van de grond en dus het rendement van het land- en tuinbouwbedrijf wordt opgevoerd, maar tegelijkertijd zal de blijvende werkgelegenheid toenemen en wordt daardoor de mogelijkheid geschapen tot een betere maatschappelijke en ook culturele ontwikkeling van de gehele agrarische bevolking. A. P. M. DE GOEDE: Ruilverkaveling Enkele aantekeningen bij het Ruilverkavelingscongres voor de landen van de Benelux. Bij onze Zuiderburen staat de ruilverkaveling nog in de kinder schoenen. In Maart 1948 werd door de toenmalige Minister van Landbouw een volledig wetsontwerp op dit gebied ingediend. In de Landbouwcommissie werd echter besloten een splitsing te maken tussen de twee vormen van ruilverkaveling, n.l. die bij overeenkomst en die uit kracht van wet. Een eerste wet, er toe strekkende de vrijwillige ruilverkaveling te bevorderen, werd in Mei 1949 door de beide Belgische Kamers goedgekeurd. Het overige van het wetsontwerp werd niet onmiddellijk besproken, omdat de commissies van Landbouw en van Justitie van de Senaat bij ons 1ste Kamer) van oordeel waren, dat de openbare opinie 175 Aard van het werk „landaanwinst" in ha Ruilverkavelingen 13.070 Ontwateringswerken 5,490 Grote ontginningen en herontginningen. 1.210 Kleine ontginningen en herontginningen (boeren werken) 14.870 Aanleg en verbetering van landwegen 2.180 Inpoldering (met inbegrip van bedijking van buitengaatsgelegen gronden) 698 Totaal 37.518

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1952 | | pagina 11