geschenken bij verkoop, vererving en huwelijk niet een economi
sche functie hebben en aan het recht enigszins de vorm van een
kanscontract geven. In dit opzicht zou het wel met een premie
lening vergeleken kunnen worden. Heeft een kanscontract op
zichzelf al enige bezwaren, ernstiger wordt dit als het een eeuwig
durend contract is. Dat van een actie tot opheffing van het recht
niets blijkt, komt waarschijnlijk hieruit voort, dat de geschenken
vermoedelijk niet een te drukkende last zijn.
Ondanks de ondeelbaarheid van de boerderijen, die onder be
klemming liggen, zijn in gebieden waar beklemming voorkomt toch
ook enige ruilverkavelingen voorgekomen. (Bijvoorbeeld de reeds
toegepaste ruilverkaveling Balmahuizen.)
Stemgerechtigd zijn de rechthebbenden, n.l. die bij het Kadaster
bekend staande rechten op de grond uitoefenen. De invloed van
de stemmen is precies dezelfde als bij vruchtgebruik.
Stemt bijvoorbeeld een eigenaar in beklemrechtelijke zin tegen
en de beklemde meier vóór, dan blijft evenals in het geval van
blote eigendom en vruchtgebruik, althans bij tegengesteld stem
men, de vertegenwoordigde oppervlakte buiten beschouwing. Een
eigenaar in beklemrechtelijke zin heeft dus dezelfde invloed op
de procedure als een volle eigenaar of opstalhouder. Hij en de
meier hebben onafhankelijk van elkaar alle rechten, die de wet
aan rechthebbenden toekent.
In de practijk worden de onderhandelingen over deze ruilver
kavelingen meestal gevoerd met de beklemde meiers.
Bijzonder geval.
Van bevriende zijde ontvingen wij een acte tot verbetering van
beklemming ter inzage. In deze acte van dading wensen partijen
over te gaan tot verbetering van dit recht van beklemming, om
dat van dit recht geen beklembrief bekend is en aangenomen
wordt, dat deze beklemming niet in alle liniën vererft.
Partijen wensen dan ook bij deze acte het recht te verbeteren
in die zin, dat deze zal worden vast, altoosdurend en in alle
liniën verervend. De eigenaar in beklemrechtelijke zin is bereid
daartoe zijn medewerking te verlenen onder de bepaling, dat de
vaste huur zal worden verhoogd van tien gulden tot zeventien
gulden en vijftig cents. (Het betreffende perceel was ongeveer
1,5 ha groot.)
Wij laten tot slot van ons artikel enige bepalingen volgen uit
deze acte, die in 1947 werd verleden, en dus van vrij recente
datum is. Deze bepalingen geven ons een vrij duidelijk beeld van
de eisen, die belanghebbenden tegenwoordig aan een transactie
met betrekking tot het beklemrecht stellen.
55
Daartoe overgaande verklaarden de comparanten, dat voor het
voormelde recht van beklemming in het vervolg zullen gelden de volgende
bepalingen:
