7v\
zucht zal op de tafel, die gewoonlijk de afmeting 60 X 60 cm
heeft en met het centrum op een statief is gemonteerd, zijn invloed
doen gelden en het is wel duidelijk dat, wanneer de vizierlineaal
ver buiten het centrum van de tafel is geplaatst, de geringste
beweging van de tafel in de kijker onmiddellijk waarneembaar is.
Het bleek al spoedig dat wilden wij gedurende dit werk tot
een behoorlijk aantal productieve dagen komen, vooral in de herfst
en de winter het een absolute noodzaak zou zijn, naast ons
onafscheidelijk zonnescherm, resp. regenscherm ook nog een wind
scherm te maken.
Dit hebben we op een eenvoudige wijze opgelost door de in
een lap stof genaaide ruime zomen te schuiven over drie stokken.
Het scherm was 2 m hoog; de breedte van elk „paneel" werd
1,40 m. Bij opstelling krijgt men dus het in fig. 6 voorgestelde
beeld.
Met de aan de stof bevestigde linten wordt het scherm aan de
stokken (hier jalons) vastgestrikt.
Ik vermeld deze bijzonderheden alleen om toekomstige planchet
meters onaangename verrassingen te besparen. Men vervaardige
het windscherm dus niet uit losse stukken stof, welke met strikken
over de gehele lengte van de stok bevestigd zijn, want de tussen
stokken en stof doorkomende wind is zowel voor waarnemer als
instrument nog onaangenamer dan de volle wind tijdens het wer
ken zonder scherm. Om dezelfde reden zorge men ook, dat de
wind niet tussen scherm en maaiveld door kan dringen. De zomen
in de stof dienen zo ruim gemaakt te worden, dat de stof gemak
kelijk langs de stokken op en neer kan worden geschoven. Hier
door wordt bereikt dat bij niet al te sterke wind het scherm kan
worden neergelaten tot even boven de bovenkant van de tafel,
zodat deze dus weinig of geen last van de wind ondervindt. Aldus
kan met de net boven het scherm uitkomende kijker worden waar
genomen, ook tegen de wind in.
>0\\
Opgemerkt zij nog, dat het beter is in plaats van stokken
aluminiumbuizen voor het scherm te bezigen, terwijl het ook gun
stiger is, de hoogte der panelen 2,20 m en de breedte 2,70 m te
144
A
fig. 7