Noordbrabant en Zuidholland voor herverkaveling en ruilver
kaveling in aanmerking komt vanwege een tekort aan technisch
personeel. Is het juist, dat vóórdien reeds moeilijkheden bestonden
om met de huidige bezetting de gewenste 20.000 hectare ruil
verkaveling per jaar tot stand te brengen en dat thans ten bate
van de rampgebieden, vanwege personeelsgebrek, elders in den
lande de economisch zo belangrijke ruilverkavelingswerkzaamheden
moeten worden beperkt? Indien dit juist is, dan betreurden deze
leden dit zeer en zouden zij gaarne vernemen, van welke omvang
deze beperkingen zijn en wat de Minister denkt te doen om snel
het euvel van de te zwakke personeelsbezetting op te heffen.
In de Memorie van Antwoord geeft de Minister van Financiën op
deze opmerkingen het volgende bescheid (§6, blz. 7):
De Minister van Landbouw heeft in de Memorie van Antwoord
bij de Herverkavelingswet Noodgebieden medegedeeld, dat naast de
financiële mogelijkheden ook de capaciteit van de verschillende
diensten dwingt tot selectie van de gebieden, waarop herverkaveling
zal worden toegepast. Met deze diensten is niet alleen bedoeld
het Kadaster doch ook de Cultuurtechnische Dienst.
Bij de behandeling van de begroting 1953 heeft de ondergetekende
medegedeeld, dat met de huidige personeelsbezetting 20.000 ha
ruilverkaveling per jaar kan worden afgedaan. Het is niet juist,
dat sindsdien als gevolg van een te geringe personeelsbezetting
van de kadastrale ruilverkavelingsdienst zich moeilijkheden hebben
voorgedaan om de genoemde 20.000 ha ruilverkaveling per jaar
tot stand te brengen.
Het is echter duidelijk dat het in het lopende jaar, naast het
bestaande ruilverkavelingsprogramma, een aanvang maken met de
behandeling van 36.000 ha herverkaveling bijzondere voorzieningen
nodig maakt.
Uitbreiding van de personeelsbezetting in de kadastrale ruil
verkavelingsdienst is in uitvoering. Aangezien de recrutering van
personeel voor de ruilverkavelingsdienst uisluitend kan geschieden
uit het personeel van de andere kadastrale diensten, zal deze uit
breiding, wil men ontwrichting bij deze andere diensten voorkomen,
geleidelijk moeten geschieden.
Stagnatie bij de in uitvoering zijnde ruilverkavelingen als gevolg
van een te geringe personeelsbezetting van de ruilverkavelings
dienst is niet te verwachten. Wel zal, echter uitsluitend in 1954,
5000 ha minder in behandeling kunnen worden genomen dan de
20.000 ha die normaal jaarlijks in behandeling kan worden genomen.
Tijdens de openbare behandeling van meergenoemd hoofdstuk
(vergadering Tweede Kamer 1 December 1953, Handelingen blz. 489)
heeft alleen de Heer Engelbertink enkele opmerkingen gemaakt
over het Kadaster en de Domeinen. Hij sprak als volgt:
10