Ruilverkaveling
Uitslag stemmingen»
Op 13 November 1953 is onder voorzitterschap van de Heer
W. F. P. Boshouwers, Lid van het College van Gedeputeerde
Staten van de Provincie Gelderland, te Ingen de ruilverkaveling
van het blok „EchteldLienden" gelegen onder de gemeenten
Echteld, Lienden, Kesteren, Maurik, Zoelen, Wadenoyen en Tiel
aangenomen.
De oppervlakte van het blok bedraagt 6553.32.95 ha, het aantal
stemgerechtigden 2990. Tegen stemden 93 eigenaren, een opper
vlakte vertegenwoordigend van 682.60.75 ha, terwijl ingevolge
artikel 34, lid 2 sub 2 van de gewijzigde Ruilverkavelingswet 1938
buiten beschouwing bleef 7.93.99 ha.
Eveneens werden aangenomen de ruilverkavelingen „Tjonger-
vallei-N" onder Ooststellingwerf en Heerenveen (oppervlakte
1044.10.11 ha, aantal stemgerechtigden 275, tegenstemmers 39) en
„De Keverdijksche- en Zuidpolder", gelegen onder de gemeenten
Muiden en Naarden, welke 453.55.09 ha groot is. Hier stemden
33 eigenaren tegen. De Centrale Cultuurtechnische Commissie was
op de stemmingsvergadering te Naarden vertegenwoordigd door
haar lid de Heer Ir G. Wansink.
Ruilverkaveling Putten»
Het Tijdschrift der Nederlandse Heidemaatschappij van Decem
ber 1953 bevat o.m. een artikel van Ir G. J. ter Brugge over de
ruilverkaveling Putten.
Op de stemmingsvergadering van 13 Januari 1950 was er een
behoorlijke tegenstand. Een onaangename bijkomstigheid was hier,
dat de eigendommen van een aantal der door de Duitsers ver
moorde bewoners nog niet waren overgeschreven, waardoor deze
eigenaren geen stem konden uitbrengen, terwijl hun niet-meestemmen
een stem vóór de verkaveling betekende.
Met slechts 2 bezwaren tegen de lijst van rechthebbenden en
4 tegen de schattingen met welke reclamanten de Plaatselijke
Commissie overeenstemming bereikte konden reeds iii de herfst
van 1952 de nieuwe kavels in bezit worden genomen.
Het is een betrekkelijk kleine verkaveling (de aanvraag had
voornamelijk betrekking op de eng van 280 ha; er werd gestemd
over 503 ha), maar die is goed geslaagd.
De voordelen van de nieuwe kavelindeling op de eng springen
in het oog. De betere ontwatering is het duidelijkst in het gebied
tegen de spoorlijn. Het meest sprekend is volgens de auteur de
vreugde over de wegverhardingen.
38