ter vervanging van het bestaande artikel 671 van het Burgerlijk Wetboek. Het zijn juist deze bepalingen, welke in de hierna te bespreken minderheidsnota door Boer aan critiek worden onderworpen. Artikel 671 hNietigheid van de eigendomsverkrijging van een onroerende zaak door levering werkt niet tegen hem, die na le vering hetzij onder bezwarende titel, hetzij door beslag te goeder trouw enig recht op die zaak heeft verkregen. De verkrijger wordt geacht niet te goeder trouw te zijn, indien hij de nietigheid der handeling heeft gekend of uit de ten hypotheek- kantore berustende openbare registers of aldaar verblijvende stukken heeft kunnen kennen. Artikel 671 i. Ontbinding van de rechtstitel van eigendomsover gang wegens het niet nakomen van zijn verplichtingen door de verkrijger en herroeping van de eigendomsoverdracht werken niet tegen derden, die vóór de inlevering van de daarop betrekkelijke akten ten hypotheekkantore onder bijzondere titel enig recht op de zaak hebben verkregen. C. Een ontwerp van een algemene maatregel van bestuur tot voorziening in de kadastrale aanduiding van gedeelten van percelen en tot regeling van de hypothecaire boekhoudingmet toelichting. De Commissie meent, dat, hoewel een kadastrale aanduiding van gedeelten van percelen niet bestaat, de daaruit voortvloeiende bezwaren vaak kunnen worden voorkomen door reeds tot splitsing van percelen over te gaan nog voordat de wijziging van de rechtstoestand haar beslag heeft gekregen. Artikel 1 van het ontwerp van een algemene maatregel van bestuur ter uitvoering van de artikelen 671a en 1265a Burgerlijk Wetboek en artikel 32 der wet op de grensregeling bepaalt: In een akte, bestemd ten hypotheekkantore te worden ingeleverd, welke onroerend goed betreft, dat een gedeelte uitmaakt van een of meer kadastrale percelen, geschiedt de kadastrale aanduiding door vermelding van de kadastrale gemeente, sectie en nummers dier percelen, van het volgnummer van de betreffende dit onroerend goed op te maken meetbrief en van de letter, waarmee het daarop wordt aangeduid. Volgens artikel 6 van dit ontwerp moet de in artikel 1 bedoelde meetbrief inhouden: a. De indeling van de percelen volgens het Kadaster; b. de indeling van het onroerend goed, dat het onderwerp der rechtshandeling uitmaakt, met aanduiding daarvan door een letter; c. het volgnummer van de meetbrief. In haar toelichting wenst de Commissie er nog uitdrukkelijk op te wijzen, dat zij bij haar voorstel omtrent de kadastrale aanduiding van perceeelsgedeelten uitgaat van de veronderstelling, dat de dienst van het Kadaster zó wordt geregeld, dat de amtenaren aan 61

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1954 | | pagina 13