W. KOOPMANS: Kende hel oude Griekenland Kadasters? (II) Slot. Wie bezat de cultuurgrond? In de tijd van Solon was bijna alle grondeigendom bezit van Eutrapiden, van de adel, en werd deze in cultuur gebracht door thètes (halfvrije huurders, die geen grondbezit mochten hebben). De eigendom werd veelal beschermd door geweld, dat bij diefstal en grondconflicten door de bezitters werd toegepast, en door ver scheidene goden als Hestia, godin van de haardsteden, Zeus Eqxeioq, beschermer van alle omheinde percelen, en Zeus Orios en Hermes als beschermers van de grenstekens, die de cultuur gronden omringden. De overgang van het bezit van de rijke families naar de individuele eigendom had, evenals in Egypte, plaats in een tijdsverloop van vele eeuwen. Het is niet aan twijfel onderhevig, dat na Solon verkoop van de grond vrij was. In de rechtsbronnen van de 5e en 4e eeuw v. Chr. is zelfs niet te vinden, dat deze aan voorwaarden is gebonden. Men kan dus zeggen, dat de verkoop geheel afhing van de wil van de eigenaar. In de meeste gevallen gingen verkopen in de steden gepaard met wettelijke formaliteiten, als het opdragen van een offer (in de steden offerde de koper op het altaar van Apollo ^gyeus. Daar toe plaatste men een kopie van dat altaar op de drempel van het huis, dat in de verkoop betrokken was), het afleggen van de eed en het schenken van geldstukjes aan drie buren, die als ge tuigen waren geroepen. Dit laatste, het grensgeld, kenden de Egyptenaren (en later de Romeinen) ook. Tot aan de 4e eeuw v. Chr. waren dit de middelen tot publiciteit. Als men denkt aan de mancipatio bij de Romeinen, dan blijkt wel, hoe wijd verbreid dergelijke gebruiken waren. Het werd gewoonte, dat men de acten in publieke registers inschreef. Voor deze inschrijving betaalde de koper als recht 10% van de waarde. De ceremoniën verdwenen spoedig. In „Economie, XX", vertelt Xenophon, dat het verkopen tenslotte zo gemakkelijk ging, dat speculanten uit Athene hun hele leven niets anders meer deden dan onroerend goed kopen en verkopen. Dit geldt ook voor de 3e en de 2e eeuw. „Handelaar in vastgoed" was eerst een ver acht beroep, maar in de „Inscriptions Juridiques" b.v. vindt men deze aanduiding verscheidene malen. Tegelijk met deze vergemakkelijking van de transacties werd tevens de hypotheekverlening in de vorm van verkoop met recht 166

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1954 | | pagina 2