lijke sterkte, dan is hier sprake van een grote lacune en dan blijkt daaruit dus, dat het moeite kost de mensen, die men nodig heeft, aan te trekken. Ik kan niet bevroeden, wat daarvan de reden is. Misschien stelt men hogere eisen aan de kwaliteit van de sollici tanten. Het kan ook op de salariëring vastzitten. Tussen twee haak jes: Bij het raadplegen van de personeelsstaat is mij iets opgevallen, dat mij in hoger mate intrigeert. In het Voorlopig Verslag is ge vraagd: Heet die afdeling Afdeling Kadaster en Hypotheken of Hypotheken en Kadaster? Nu is het hoofd van de Afdeling Kadas ter en Hypotheken een inspecteur van de Hypotheken en Kadaster. Ik weet niet, hoe dit nu precies zit. Maar misschien kan ook hieruit worden geconcludeerd, dat er enigszins ouderwetse opvattingen zijn. In ieder geval zou ik van deze puzzle, waar blijkbaar nogal wat achter zit, gaarne de oplossing weten. Bovendien blijkt uit de Memorie van Antwoord, dat er een grote achterstand is. Er is in de bijhoudingsdienst van het Kadaster ruim 2 jaar achterstand. De Minister zegt vergoeilijkend, dat een jaar achterstand normaal is, omdat er een werkvoorraad moet zijn. Doch ruim 2 jaar achterstand lijkt mij op een ogenblik van in het bijzon der een verhevigde activiteit op het gebied van de volkshuisvesting een zwak punt. Ik heb ook de moeite genomen een kleine enquête in te stellen in enkele grote steden, hoe het daar staat met het landmeetkundig personeel. Ik heb de indruk gekregen, dat hieraan een schreeu wend tekort is en dat dus de vacatures niet alleen de depar tementale diensten betreffen, maar dat het een algemeen verschijn sel is, waaraan dus bijzonder veel aandacht moet worden geschon ken. Daarbij komt, dat de Minister zelf op vragen, wat de toekom stige behoeften zullen zijn, cijfers heeft gegeven. Dan blijkt, dat er een zeer grote potentiële achterstand is en dat de toekomstige be hoefte veel groter is dan waarop bij de begroting voor het komende jaar is gerekend. Ik wil er met nadruk voor waarschuwen, dat wij straks door gebrek aan landmeetkundig personeel niet mogen vast lopen. Ik heb reeds gezegd, dat ruilverkaveling en volkshuisvesting op enkele knelpunten kunnen vastlopen. Ik meen, dat er op dit punt gebrek aan aandacht is, relatief gesproken, want ik weet, dat er een excuus hiervoor te vinden is in deze periode, waarin de belas tingen zozeer de aandacht vragen. Ik herinner de Minister bij voor beeld aan zijn opmerking in de Memorie van Antwoord inzake de begroting voor 1953, waarin hij zeide: „Eerlang zal een wetsontwerp worden ingediend, waarbij de tarieven inzake de rechten, geheven van verrichtingen door de Dienst van het Kadaster en Hypotheken, opnieuw zullen worden geregeld/' Ik heb niet nagekeken van wanneer die tarieven dateren, maar ik 6

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1955 | | pagina 8