als tweede spreker in de functie van leidinggevend ambtenaar van deze dienst op hem volgt. Na Uw toezegging hadden wij met U een prettig inleidend ge sprek en wij zijn vol belangstelling naar Uw mening, betreffende de zaak die ons hier vandaag heeft samengebracht, vanuit de ge meentelijke hoek bezien. Mag ik U uitnodigen ons thans Uw mening te geven? Rede van Ir De Boer: Dames en Heren, Nadat ik bij een inleidend gesprek in kennis was gebracht met het onderwerp van dit congres: ,,De groei van de functies van de verschillende categorieën in de landmeetkundige wereld" heb ik mij allereerst afgevraagd: wat en hoe hierover iets te zeggen. In een onbewaakt ogenblik zegt men ja en dan moeten later uit die toe stemming de consequenties worden getrokken. Ik heb toen gedacht, dat het ongetwijfeld de bedoeling geweest zou zijn van het bestuur der Vereniging van Technische ambte naren van het Kadaster om het probleem van de middelbare krach ten op dit ogenblik en na de ontwikkeling, die tot dusverre is te constateren, nog eens van verschillende zijden te belichten. En het is dan mijn opgave dit vanuit het gemeentelijke standpunt te doen. Ik heb mij dus voorgesteld de taak, de positie en de opleiding van het middelbare personeel bij de landmeetkundige diensten te be spreken en ik verwacht dat U dan tevens de groei van de functies zult kunnen waarnemen. Het lijkt mij inderdaad goed, het op deze manier te hebben aan gepakt, omdat mij bij het luisteren naar de rede van Prof. Schermer- horn bleek, dat ik verschillende keren zijn conclusies ook zal be naderen en nu vanuit een ander punt van uitgang en ik behoef dan niet te zeggen, dat de vorige spreker mij het gras voor de voeten zou hebben weggemaaid. De laatste tijd hebben in de dagbladen en in de landmeetkundige periodieken dikwijls advertenties gestaan, waarin door gemeenten landmeetkundig personeel werd gevraagd. Hierbij hebben wij het heuglijke verschijnsel kunnen vaststellen, dat ook middelgrote ge meenten het voorbeeld van de grote gaan volgen en voor het noodzakelijke landmeetkundige werk specialisten trachten aan te trekken. Men kan er staat op maken dat, alvorens zo'n advertentie werd geplaatst, de behoefte aan deze krachten reeds geruime tijd was gevoeld en de vraag die wij ons hieromtrent kunnen stellen is: wat wel het doorslaggevende deel van deze behoefte zal zijn en welke factor hierbij dus de grootste rol zal hebben gespeeld Ik meen te mogen aannemen, dat deze factor nog hetzelfde ge bleven is sinds in 1877 de Gemeente Amsterdam besloot een land- 64

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Orgaan der Vereeniging TAK | 1955 | | pagina 22